OM Jaarbericht 2018

'De criminaliteit in 2018 werd gekenmerkt door taaie ondermijnende criminaliteit met bedreigende effecten in de samenleving die we volstrekt niet willen', aldus Gerrit van der Burg, voorzitter van het College van procureurs-generaal.

Net als voorgaande jaren ziet het Openbaar Ministerie (OM) dat het aantal geregistreerde misdrijven in 2018 is gedaald, in dit geval met 6 procent ten opzichte van 2017. Wel is de daling in het laatste half jaar van 2018 tot een einde gekomen. Zo is het aantal overvallen voor het eerst sinds jaren 4 procent hoger dan de afgelopen jaren. Ook het aantal geconstateerde verkeersmisdrijven, zoals rijden onder invloed, en het aantal overtredingen van de Wet wapens en munitie, nam in 2018 met meer dan 10 procent toe. Hoewel niet gesproken mag worden van een trendbreuk, is het belangrijk om deze ontwikkeling nauwlettend te volgen.

Doelstellingen en ondermijningszaken

Het OM heeft in 2018 meer criminele samenwerkingsverbanden aangepakt dan het jaar ervoor. Ook de aanpak van fraude lag ruim boven de gestelde norm. Het afgelopen jaar werd er ruim 171 miljoen euro aan crimineel vermogen afgepakt. Maar het gaat niet op alle terreinen goed. Het aantal bij het OM aangeleverde verdachten van cybercrime, kinderporno en het aantal opgeloste woninginbraken en straatroven bleef achter op het gestelde doel.

Het aantal ondermijningszaken dat in 2018 is afgerond met een vonnis, steeg met 16 procent van 1270 naar 1471. In 1173 van die zaken is de verdachte schuldig verklaard door de rechter. De rechter legde in 988 gevallen, ofwel in 84 procent, een celstraf op. Het aantal personen dat veroordeeld werd tot een celstraf van meer dan 2 jaar nam toe met 9 procent, het aantal personen dat veroordeeld werd tot een celstraf van meer dan 5 jaar nam toe met 35 procent.

Criminaliteit verhardt

Afgelopen jaar vonden gewelddadige aanslagen plaats met als ongekende beklemmende stap in het liquidatiegeweld de koelbloedige moord op een familielid van een kroongetuige. Ronduit zorgelijk is dat het gevaar voor onschuldige burgers groter is geworden. Criminelen hebben steeds minder schroom om liquidaties op klaarlichte dag en op openbare plaatsen uit te (laten) voeren. Het voorkomen van liquidaties is moeilijk, maar politie en OM doen er alles aan om potentiële daders het zo lastig mogelijk te maken. Liquidaties worden niet als afzonderlijke incidenten beschouwd. Het gaat om ernstige uitingen van ondermijnende criminaliteit, die samenhangt met andere vormen van criminaliteit, zoals grootschalige drugshandel. Bij de aanpak hiervan worden criminele verbanden onderzocht en faciliterende netwerken blootgelegd. Politie en OM zetten heel veel capaciteit in op liquidatieonderzoeken en op die criminele verbanden. Voor het oplossen van liquidatiezaken is inzet nodig van het volledige palet aan opsporingsbevoegdheden. 'Alles wordt uit de kast gehaald om de gevaarlijke, gewelddadige ontwikkelingen te keren', aldus Van der Burg.

Maatschappij verandert, werk verandert mee

Steeds vaker is de inzet van het OM gericht op andere doelstellingen dan alleen strafrechtelijke vervolging. Daarom is de inzet van het OM niet alleen in cijfers over strafzaken uit te drukken. Het OM werkt samen met onder meer het lokaal bestuur, de Belastingdienst en zorginstellingen om het effect van het strafrechtelijk optreden te vergroten en het overheidsoptreden als geheel te versterken. Dat komt op allerlei gebieden tot uitdrukking, zoals bij de aanpak van ondermijnende criminaliteit of de wijze waarop het OM zaken behandelt waarin sprake is van personen die verward gedrag vertonen.

Daarnaast steekt het OM veel tijd en energie in het voorkomen van terroristische of criminele dreigingen. Vroegtijdig verstorend optreden heeft een hoge prioriteit en staat soms verdere bewijsvergaring en vervolging in de weg. Preventie gaat dan uiteraard boven repressie en tijdig ingrijpen om dreiging weg te nemen gaat dan voor strafrechtelijke vervolging.

De ongeveer 5300 medewerkers van het OM behandelden in 2018 ook ruim 300.000 strafzaken. De eisen die aan OM’ers worden gesteld zijn, onder andere door hun voortdurende benodigde beschikbaarheid, heel hoog. Dat veroorzaakt een hoge werkdruk. Gecombineerd met een te krap budget is dat voortdurend een punt van zorg en aandacht en duidelijk voelbaar bij de OM-onderdelen.