Celstraf van veertien jaar geëist wegens doodslag op vrouw en verbergen lichaam

De officier van justitie heeft vanmiddag een celstraf van veertien jaar geëist tegen een 54-jarige man die verdacht wordt van doodslag op zijn huisgenoot en van het verbergen van haar lichaam. 

De zaak begon als een vermissing van de 65-jarige huisgenoot van de verdachte. Vanaf 7 september 2022 kwam zij niet meer opdagen op de adressen waar ze schoonmaakte en ook zagen de buren van de coffeeshop waar ze vrijwel dagelijks koffie kwam drinken haar niet meer. Op 21 september meldden de buren haar vermissing bij de politie.

Nerveus

Diezelfde dag ging de politie langs bij de woning in de Jonge Roelensteeg in het centrum van Amsterdam waar de vrouw en haar huisgenoot verbleven. De 54-jarige man vertoonde toen nerveus gedrag. Hij beweerde dat zijn huisgenoot naar Amerika was vertrokken in verband met het overlijden van haar zus. Het viel de politie toen op dat er in de woning een geldig paspoort op naam van de vrouw lag. Toen de politie de reis naar Amerika trachtte te verifiëren, bleek dat de vrouw de afgelopen jaren helemaal niet naar Amerika was gereisd.

Bij een doorzoeking van de woning op 4 oktober 2022 trof de politie geen lichaam aan. Wel werd de 54-jarige man diezelfde nacht aangehouden op verdenking van moord. Uiteindelijk trof een speurhond van de politie op 6 oktober 2022 het lichaam van de vrouw aan. Het lag verborgen in een metalen kist. Onderzoek heeft vastgesteld dat de vrouw door verwurging om het leven is gekomen.

Ruzie

Uit getuigenverklaringen is duidelijk geworden dat het stel op vrijdagavond 2 september 2022 in hun woning ruzie heeft gehad. Daarna heeft niemand meer iets van de vrouw vernomen. Gedurende het politieonderzoek heeft de verdachte wisselende en leugenachtige verklaringen afgelegd. Naar het standpunt van het OM is er voldoende wettig en overtuigend bewijs dat de 54-jarige man zijn huisgenoot heeft gedood en vervolgens haar lichaam verborgen heeft gehouden.

Het OM acht de verdachte volledig toerekeningsvatbaar. De officier van justitie in haar requisitoir: “De verdachte heeft geen enkele verantwoordelijkheid genomen voor zijn handelen. De ernst van het feit rechtvaardigt een langdurige gevangenisstraf.” De officier eiste alles afwegende een celstraf van veertien jaar.