Jonge verdachte overvallen en wapenhandel voor de rechter

Een 19-jarige verdachte stond vandaag voor de kinderrechter op verdenking van handel in wapens en softdrugs en voor betrokkenheid bij twee overvallen. Het Openbaar Ministerie eiste 407 dagen jeugddetentie en voorwaardelijke plaatsing in een jeugdinstelling.

Het onderzoek startte in maart 2021 nadat de politie op social media berichten had gezien waarin verdachte zich als handelaar voorstelde. Na een huiszoeking (waarbij softdrugs en een pistool werden gevonden) en onderzoek aan de telefoon is volgens het Openbaar Ministerie te bewijzen dat verdachte in elk geval van oktober 2020 tot mei 2021 heeft gehandeld in wapens. Er werden berichten gevonden over handvuurwapens, automatische wapens, dempers en munitie. Er komen foto's voorbij en er werden prijzen afgesproken. Verder waren er ook enkele berichten waarin over de verkoop van drugs werd gesproken.

Uit het onderzoek naar de telefoon blijkt volgens het Openbaar Ministerie ook de betrokkenheid van verdachte bij een overval op een pizzeria in Zoetermeer in 2019, een zaak waarvoor hij eerder in beeld was maar die toen moest worden geseponeerd wegens gebrek aan bewijs. In zijn telefoon werden echter berichten en zoektermen gevonden waaruit volgens het OM heel duidelijk blijkt dat hij er wel bij was. Bij de overval werden door de daders messen en een stroomstootwapen gebruikt om geld los te krijgen.

Verder zou verdachte volgens het OM nog betrokken zijn geweest bij een overval op een Poolse supermarkt in Den Haag, in de periode voordat het onderzoek naar hem startte. Een medeverdachte zou de kassamedewerkster hebben bezig gehouden toen verdachte binnen kwam, met een groot mes over de toonbank sprong en zich met geld en sigaretten weer uit de voeten maakte.

Straf en plaatsing in een inrichting

De officier van justitie vond alle feiten bewezen en eiste daarvoor 407 dagen jeugddetentie. Aan een geestelijke behandeling wil verdachte zelf meewerken. Toch wil de officier dat naast de jeugddetentie ook een voorwaardelijke PIJ-maatregel wordt opgelegd; als verdachte weer in de fout gaat zou hij dan verplicht in een jeugdinrichting moeten worden geplaatst.
 
De kinderrechter doet over twee weken uitspraak.