Scholier op parkeerplaats in gezicht geschoten
Een leerling die aan het eind van een schooldag op de parkeerplaats van school in zijn gezicht wordt geschoten. Het was op 31 mei vorig jaar een nieuw dieptepunt in escalerend geweld tussen groepen jongeren. Twee verdachten stonden donderdag voor de kinderrechter.
Het slachtoffer, een op dat moment 17-jarige jongen uit Delft, loopt die middag na schooltijd nietsvermoedend naar de auto van zijn moeder, die hem bij zijn school in Zoetermeer ophaalt. Op dat moment komen twee jongens (een 17-jarige Leidschendammer en een 18-jarige Hagenaar) op hem aflopen. Het slachtoffer weet meteen dat het foute boel is, hij wordt al langer bedreigd en is al eerder aangevallen. Hij springt achterin de auto bij zijn moeder en roept dat ze moet rijden.
De Hagenaar haalt een mes tevoorschijn en ramt op de autoruit, maar die breekt niet, zo appt hij 's avonds aan een vriend. Dan trekt de 17-jarige Leidschendammer een verkort jachtgeweer uit zijn broek en schiet van dichtbij een schot hagel dwars door de ruit, in het gezicht van het slachtoffer. Daarna rennen de twee jongens weg. Het slachtoffer heeft het alleen overleefd doordat zijn moeder hem snel naar het ziekenhuis heeft gereden, waar hij urenlang is geopereerd.
Id-kaart achtergelaten
Wie de verdachten waren, was snel duidelijk; de 18-jarige heeft op de parkeerplaats van alles uit zijn zakken laten vallen. Tussen de glassplinters vond de politie airpods, een telefoon, een bankpas en zelfs zijn id-kaart. Hij werd diezelfde avond opgepakt, twee dagen later ook de 17-jarige jongen.
Waarom ze die dag nu precies deze jongen moesten hebben, blijft gissen. Beide verdachten hebben bekend wat ze hebben gedaan, maar verder gezwegen. Duidelijk is wel dat het slachtoffer zich bewoog in jeugdgroepen die met elkaar in de clinch lagen, waarbij hij ook zelf al eens iemand had gestoken. Simpele, idiote wraak lijkt het motief. Maar waarom de verdachten specifiek deze jongen uit de groep opzochten is niet bekend.
Samen gedaan
Voor het Openbaar Ministerie staat wel vast dat ze met wapens samen vanuit Den Haag gericht op hun doelwit in Zoetermeer zijn afgereisd. Wie uiteindelijk heeft geschoten, maakt voor het OM niet uit. Ze hebben het samen gedaan.
Een regelrechte poging tot liquidatie, noemde de officier van justitie het. Ze eiste tegen de Leidschendammer 20 maanden jeugddetentie en een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel (jeugd-tbs) en tegen de Hagenaar 24 maanden jeugddetentie waarvan 4 voorwaardelijk.