Celstraffen geëist voor handel in harddrugs, verpakt in potten pindakaas en wenskaarten

Tegen drie verdachten die vandaag voor de rechter stonden op verdenking van de handel in harddrugs en het deelnemen aan een criminele organisatie, eiste de officier van justitie onvoorwaardelijke celstraffen van twee keer zeven jaar en een keer twee jaar. De drie mannen van 23, 23 en 19 jaar, afkomstig uit Gooise Meren, Houten en Nijmegen, verhandelden de harddrugs online via het darknet.

Uit het onderzoek blijkt dat de drie mannen van juni 2016 tot februari 2017 grote hoeveelheden drugs op een darknet market verkochten en vervolgens verzonden naar het buitenland in ruil voor bitcoins. Ze verpakten de drugs, veelal de grondstof MDMA, in potten pindakaas of in enveloppen met wenskaarten, en verstuurden deze via de reguliere post.

Bewijs hiervoor is niet alleen gevonden door onderzoek naar de computers van verdachten en het internet- en telefoonverkeer, maar ook door diverse doorzoekingen. Hierbij werden verpakkingsmaterialen, contant geld (onder andere verstopt in een computer), pindakaaspotten,  wenskaarten, adresstickers, postetiketten met afzenders en MDMA aangetroffen. Ook in een opslagbox van een van de verdachten werd een pakket met daarin een pot pindakaas met MDMA gevonden. En dan zijn er de aanzienlijke geldstromen die niet kunnen worden verklaard vanuit reguliere inkomsten.

Al deze bewijsmiddelen in samenhang kunnen volgens de officier van justitie niet anders worden geïnterpreteerd dan dat de mannen zich bezig hielden met handel in harddrugs. De officier betoogde dat er sprake is van medeplegen ten aanzien van de twee 23-jarige verdachten die zich daadwerkelijk bezig hielden met de handel. De 19-jarige verdachte, verantwoordelijk voor de opslag en verzending, wordt medeplichtigheid aan de handel verweten.

De twee 23-jarige verdachten zouden zich ook schuldig hebben gemaakt aan witwassen. Er werden betalingen gedaan met grote sommen contant geld die niet konden worden verklaard uit onderzoek naar de rekeninggegevens. Een van de twee verklaarde dat de 38.000 euro die bij hem is aangetroffen speelwinst uit een casino is, wat de officier van justitie niet geloofwaardig en niet verifieerbaar vond.

Tenslotte was er volgens het OM sprake van een criminele organisatie gezien de structurele en planmatige manier van werken, waarbij elk van de verdachten een duidelijk rol had. Gezien de lange duur en de ernst van de feiten eiste de officier van justitie onvoorwaardelijke celstraffen van zeven j aar tegen de twee 23-jarige verdachten en een onvoorwaardelijke celstraf van twee jaar tegen de 19-jarige medeplichtige.