Politie doorzoekt twee bedrijven in onderzoek naar fraude met bio-vergistingsinstallatie

De politie heeft vandaag twee bedrijfslocaties in het noorden van de provincie Limburg doorzocht in een onderzoek naar fraude met mest en afvalstoffen bij een bio-vergistingsinstallatie. Er wordt sinds 2013 vermoedelijk drie keer zoveel afval en dierlijke mest verwerkt bij de installatie als is toegestaan volgens de vergunning. De installatie zou dat niet aan kunnen. Het vermoeden is dat er afvalstoffen worden omgekat naar mest. De verdachten zouden daarbij gebruik maken van valse transportdocumenten. De bedrijven hebben hiermee naar schatting meer dan 1.000.000 euro verdiend.

De installatie in Noord-Limburg is vergund om per jaar circa 34.000 ton afvalstoffen (waaronder dierlijke mest) in te nemen en die in een reactor te laten vergisten. In een bio-vergistingsinstallatie kan organisch materiaal uit dierlijke mest en andere restanten worden afgebroken. Dierlijke mest kan bacteriën of ziektekiemen bevatten dus vandaar dat die behandeld moet worden. Bij de vergisting komen (bio-)gassen vrij, waaruit weer duurzame energie opgewekt kan worden. De doorzochte bedrijven kregen hiervoor  miljoenen euro’s subsidie van RVO. Indien het vergisten volgens de regels gebeurt, kan er een organische reststof  overblijven, die als mest kan worden gebruikt in bijvoorbeeld de land- en tuinbouw.

Verdenkingen

Het vermoeden is dat de verdachten naast vergunde afvalstoffen ook niet-vergunde afvalstoffen in de installatie stopten. Indien er afvalstoffen –zoals bijvoorbeeld vervuild slib- de installatie in gaan, of verschillende afvalstoffen in verkeerde verhoudingen, dan kan het restproduct niet meer als mest verkocht worden. Dan moet het restproduct als afval beschouwd worden. Het kan bijvoorbeeld chemicaliën bevatten of de bacteriën zijn er niet uitgehaald. Wanneer iets afval is, moet er betaald worden voor afvoer.

Het OM heeft een holding en nog vier rechtspersonen, waaronder de bio-vergistingsinstallatie, als verdachten aangemerkt. Ook twee bestuurders worden verdacht. De verdenkingen tegen de verdachten zijn valsheid in geschrift, het vervoer van afvalstoffen in strijd met de Milieuwet en het handelen in strijd met de omgevingsvergunning. Eén van de bestuurders is al verdachte in een ander onderzoek van het Functioneel Parket naar oplichting van de RVO voor circa 70.000 euro met valse documenten. Er is subsidie aangevraagd voor een mestverwerker maar die is in werkelijkheid vermoedelijk nooit geleverd.

Samenwerking

In het onderzoek door de Politie wordt samengewerkt met het Waterschap, de NVWA, de ILT en het NFI. Het Waterschap onderzoekt een incident van eind september 2017 waarbij 25 ton vloeibaar stikstof uit een lekkende silo in het riool liep en circa 400 ton in de Maas. Bij de doorzoeking is administratie in beslag genomen en NFI heeft monsters genomen van stoffen in de installatie en op het terrein.

Fraude met mest ondermijnt de samenleving

Te hoge fosfaatgehaltes en stikstofgehaltes in de bodem vormen een bedreiging voor de kwaliteit van het grondwater en de waterwinning. Daarnaast zijn er risico’s voor dier- en volksgezondheid indien bacteriën en ziektekiemen niet op juiste wijze uit organische stoffen (zoals dierlijke mest) gehaald worden. Het is onwenselijk dat die mest verspreid wordt op het land waar vervolgens andere koeien grazen of voedsel verbouwd wordt. Fraude met mest en afvalstoffen ondermijnt het stelsel van afspraken die we in internationaal verband gemaakt hebben over mest. Het zorgt voor concurrentievervalsing. Fraude met mest kan leiden tot overbemesting en dit zet het behalen van milieudoelen onder druk. Door te frauderen met mest en afvalstromen, kan veel geld verdiend worden. Voor de verwerking van afval moet betaald worden, terwijl met de afzet van mest geld verdiend kan worden. Er kan verwevenheid tussen onder- en bovenwereld ontstaan, met alle risico’s van dien: de samenleving raakt gecorrumpeerd en wordt van binnen uitgehold.  Dat is onwenselijk en daarom treedt de overheid hiertegen op.