Eis OM: 43 maanden cel in hoger beroep verkrachting door fotograaf modellenbureau

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft in hoger beroep een gevangenisstraf van 43 maanden geëist tegen een 48-jarige man uit Amersfoort. Het hoger beroep draait om aanranding en/of verkrachting van zes meisjes en jonge vrouwen. De feiten vonden plaats tussen 2010 en 2015 in Amersfoort en in de Dominicaanse Republiek.

Het OM verwijt verdachte misbruik te hebben gemaakt van zijn positie als fotograaf van een modellenbureau. Tijdens fotoshoots of audities daarvoor betastte hij de vrouwen, liet hij hen zich uitkleden en heeft hij de vrouwen verkracht of aangerand.

Onderzoek

De zaak kwam aan het licht toen een vrouw  in augustus 2015 direct na een fotoshoot de politie inschakelde, omdat zij misbruikt was door de man. Bij de aangehouden verdachte werden na forensisch onderzoek vaginale cellen van het slachtoffer onder zijn vingernagels aangetroffen. Tijdens het daaropvolgende onderzoek kwamen nog zeven misbruikverdenkingen naar voren. Nadat de zaak in 2017 voor het eerst in de media kwam, werden nog twee  feiten aan de zaak toegevoegd. 

Hoger beroep

De rechtbank veroordeelde verdachte in 2018 tot een gevangenisstraf van 43 maanden, voor aanranding en verkrachting van zes vrouwen. Het OM eiste destijds een gevangenisstraf van zes jaar maar de rechtbank oordeelde dat een deel van de tenlastegelegde feiten niet bewezen kon worden en sprak verdachte daarvan vrij. Verdachte heeft zich niet kunnen vinden in het vonnis van de rechtbank en ging in hoger beroep. 

Ernst van de feiten

Het OM neemt verdachte zijn handelen zeer kwalijk. De advocaat-generaal maakte dat op zitting kenbaar in haar requisitoir: “Verdachte was grenzeloos in zijn gedrag, bij vrouwen die hij in een kwetsbare en afhankelijke positie wist te manoeuvreren. Keer op keer.. Het is kwalijk dat hij dat bleef doen ook en zelfs nadat hij waarschuwingen had gekregen dat zijn gedrag niet deugde. Hij heeft steeds zijn eigen behoeftes voor laten gaan zonder zich om de gevolgen voor de aangeefsters te bekommeren. En dat reken ik hem net als de rechtbank zeer zwaar aan.”

Het hof doet (naar verwachting) over twee weken uitspraak.