Geen straf geëist tegen Poolse man die huisgenoot doodstak in Oudewater

Het Openbaar Ministerie heeft de rechtbank verzocht om een 38-jarige Pool te ontslaan van alle rechtsvervolging. De man wordt ervan verdacht op 6 februari 2022 zijn huisgenoot te hebben doodgestoken, in hun woning in Oudewater. Hoewel dit volgens het OM klopt, is de verdachte de dood van het slachtoffer niet aan te rekenen, omdat de verdachte uit noodweer handelde.

In de visie van het OM viel het slachtoffer, een 33-jarige Poolse man, de verdachte aan. Dit zou hij hebben gedaan omdat de twee al langer ruzie hadden. Uit meerdere verklaringen blijkt dat het slachtoffer die bewuste nacht in een boze toestand de deur van de kamer van de verdachte forceerde. Het slachtoffer viel de verdachte vervolgens aan, terwijl de man op zijn bed lag.

Keukenmes

De verdachte bekent dat hij op dat moment een keukenmes op het bed had liggen. Dat was volgens hem om zijn huisgenoot mee te kunnen afschrikken, aangezien het slachtoffer hem al eerder met de dood bedreigde. Tijdens de aanval kreeg de verdachte meerdere klappen op zijn hoofd, waarna hij het mes pakte om zijn huisgenoot te verjagen. Op dat moment raakt het 33-jarige slachtoffer dodelijk gewond.

Het Openbaar Ministerie twijfelt niet aan de verklaring van de verdachte, omdat die ondersteund wordt door ander bewijs, waaronder de verklaringen van getuigen. Uit het bewijs blijkt ook dat de verdachte niet wist dat hij het slachtoffer had verwond. De politie trof de verdachte aan op zijn kamer, met de deur gebarricadeerd, om zich tegen een tweede aanval van het slachtoffer te verdedigen. Daarnaast werd op het mes wel DNA-materiaal gevonden van beide mannen, maar was met het blote oog geen bloed zichtbaar. “Deze bevindingen maken het mogelijk dat verdachte, zoals hij verklaart, geen bloed heeft gezien”, aldus de officier van justitie.

Noodweer

Volgens het Openbaar Ministerie was er duidelijk sprake van noodweer. Na het intrappen van de deur deelde het slachtoffer meerdere klappen uit. Dat is ook te zien aan het letsel dat de verdachte had, tijdens zijn aanhouding. Bovendien kon de verdachte zich volgens de officier van justitie niet makkelijk aan de aanval onttrekken. “Verdachte lag op zijn bed, dat in een hoek stond”, legt ze tijdens zitting uit. “Het raam kon niet open. Er was geen andere uitweg.”

Hoewel verdediging met een mes meestal niet in verhouding staat tot een aanval met blote handen, komt de officier van justitie in dit geval wel tot die conclusie. “Verdachte verklaart dat hij niet met kracht in de richting van het slachtoffer gestoken heeft, maar het mes voor zich heeft houden om af te schrikken.” Dat blijkt ook uit het feit dat het lemmet van het mes een lengte van 19 cm had, waar de wond 8 cm diep was. “Alles afwegende komt het OM komt tot de conclusie dat het mes, in dit specifieke geval en onder deze specifieke omstandigheden niet op disproportionele wijze is aangewend.”

Geen straf

Hoewel na onderzoek door politie, volgens het OM, is bewezen dat de verdachte schuldig is aan doodslag, verzoekt het Openbaar Ministerie de rechtbank om hem te ontslaan van alle rechtsvervolging. Dat betekent dat de verdachte volgens het OM wel schuldig is, maar geen straf zou moeten krijgen.

Het Openbaar Ministerie realiseert zich dat dat voor de nabestaanden, die hun dierbare hebben verloren, een moeilijk te verteren standpunt is. “De juridische kwalificatie van wat zich op 6 februari heeft afgespeeld, doet niets af aan het onvoorstelbare verdriet dat de nabestaanden ervaren.”

De rechtbank doet op 10 augustus uitspraak.