ELOM:2023:019 | Dronevlucht in CTR buiten daglichtperiode| AP Noord-Holland
Beslissing: 15 augustus 2023 AP Noord-Holland
Categorie luchtvaartzaak: Onbemande luchtvaart
Formele relaties: -/-
Inhoudsindicatie: Transactievoorstel voor vliegen in de Rotterdam CTR buiten de daglichtperiode niet aanvaard. Veroordeling door rechter conform strafeis OM.
Beslissing OM
in de zaak tegen een bestuurder van een drone, hierna de verdachte.
Aanleiding onderzoek
Het onderzoek in deze zaak is gestart nadat een politieagent een drone buiten de daglichtperiode zag vliegen in een no-fly zone.
Verdenking strafbaar feit
Overtreding van art. 7 lid 1 Regeling onbemande luchtvaartuigen en art. 18 lid 1 Besluit luchtverkeer 2014.
Feiten omstandigheden
Op grond van de stukken kan worden vastgesteld dat een politieagent een drone op [datum in het jaar] 2022 omstreeks 21.30 uur in Den Haag zag vliegen in de Rotterdam CTR. Toen deze drone op de grond viel, kwam de verdachte naar de politieagent toe om te zeggen dat hij de eigenaar en bestuurder van de drone was.
De politieagent zag dat de drone een DJI Mini Pro 3 was. De verdachte bleek zich geregistreerd te hebben als exploitant van de drone bij de RDW. De daglichtperiode was op [datum in het jaar] 2022 [omstreeks 21.30 uur ruimschoots voorbij].
De verdachte heeft tijdens zijn verhoor verklaard dat hij er niet van op de hoogte was dat hij daar niet mocht vliegen, omdat de app die hij gebruikte aangaf dat het een groene zone was en de vlucht niet blokkeerde. Het was niet de bedoeling om lang te vliegen met zijn drone. Hij wilde alleen kijken wat zijn zoon aan het doen was. Na de vlucht is hem pas duidelijk geworden dat hij in een no-fly zone vloog en dat het niet is toegestaan om tussen zonsondergang en zonsopgang te vliegen.
Beslissing
Het OM heeft op 27 maart 2023 een transactievoorstel van € 150,-- gedaan aan de verdachte voor het (buiten de daglichtperiode) vliegen in de Rotterdam CTR. In strafverminderende zin was daarbij meegewogen dat de verdachte in de rand van de CTR vloog en op een hoogte van ongeveer 10 meter.
De verdachte heeft dit voorstel niet aanvaard. Het OM heeft vervolgens besloten de zaak aan de rechter voor te leggen. De verdachte werd gedagvaard voor de luchtvaartzitting van 15 december 2023.
Ter zitting van de rechter heeft de officier van justitie gevorderd dat de verdachte, die niet was verschenen, zou worden veroordeeld tot een geldboete van € 180,-- subsidiair 3 dagen vervangende hechtenis. De rechter heeft de verdachte overeenkomstig die vordering veroordeeld.