ELOM:2024:004 (Dronevlucht vanwege vuurwerk bij voetbalwedstrijd)
Beslissing: 9 februari 2024 AP Noord-Holland
Categorie luchtvaartzaak: Onbemande luchtvaart
Formele relaties: -/-
Inhoudsindicatie: Vlucht uitvoeren zonder aan voorwaarden te voldoen, tevens buiten de daglichtperiode. Verhoging uitgangspunt voor transactie omdat sommige overtredingen opzettelijk zijn gepleegd.
Beslissing OM
in de zaak tegen een bestuurder van een drone, hierna de verdachte.
Aanleiding onderzoek
Het onderzoek is gestart naar aanleiding van een melding van een drone in de omgeving van een voetbalstadion.
Verdenking strafbaar feit
Overtreding UAS.SPEC.060 lid 1 onder a Uitvoeringsverordening 2019/947 (als piloot op afstand niet voldoen aan de voorwaarden van specifieke categorie) [1], art. 18 lid 1 Besluit luchtverkeer 2014 (vlucht uitvoeren buiten de daglichtperiode), Art. 14 lid 5 en art. 14 lid 8 Uitvoeringsverordening 2019/947, aangewezen in art. 3.1 aanhef onder f Regeling uitvoering en handhaving luchtvaartveiligheid als voorschriften als bedoeld in art. 1.6 Wet luchtvaart.
Feiten en omstandigheden
Op grond van het proces-verbaal van de luchtvaartpolitie kan naar het oordeel van de luchtvaartofficier van justitie worden vastgesteld dat verbalisanten op [datum in het jaar] 2023 vanuit het voetbalstadion in [plaats] ‘een verlicht object’ in de richting van het parkeerterrein zagen vliegen. Op het parkeerterrein werd de verdachte aangetroffen, terwijl hij bezig was met het besturen van een drone. De verdachte vertelde de verbalisanten dat hij beelden maakte voor de organisatie van [naam voetbalclub] vanwege een vuurwerkshow die werd gehouden. Last minute was besloten om dit vanuit de lucht te filmen.
Bij het idee om met een drone te vliegen in de omgeving van een voetbalwedstrijd waarbij veel toeschouwers worden verwacht (het bewuste stadion heeft een capaciteit van meer dan 25.000 toeschouwers), mag naar het oordeel van de luchtvaartofficier van justitie bij de exploitant en piloot op afstand als bekend worden verondersteld dat mogelijk niet wordt voldaan aan de voorwaarden van de open categorie. Een van die voorwaarden is tenslotte dat de piloot op afstand ervoor zorgt dat de drone op een veilige afstand van mensen wordt gehouden en dat niet wordt gevlogen boven een bijeenkomst van mensen. [2] Een druk bezochte voetbalwedstrijd impliceert dat sprake is van een bijeenkomst van mensen. Dat komt ook naar voren in de richtsnoer die het EASA hierover heeft opgesteld. Daarin worden ‘sport events’ expliciet als voorbeeld genoemd. [3] De verdachte heeft tegenover de politie ontkend dat hij boven een bijeenkomst van mensen heeft gevlogen, maar daar gaat de luchtvaartofficier van justitie gelet op het voorgaande aan voorbij. Zij is van oordeel dat uit het bewijs valt af te leiden dat de verdachte wel boven een bijeenkomst van mensen heeft gevlogen.
Overigens is dit niet de enige voorwaarde van de open categorie waaraan niet is voldaan. Uit nader onderzoek aan de hand van bestanden op de geheugenkaart van de drone is gebleken dat de verdachte tijdens een deel van de vlucht op [datum in het jaar] 2023 hoger heeft gevlogen dan 120 meter. De verdachte heeft een hoogte bereikt van 132,1 meter en is ongeveer een minuut op deze hoogte blijven vliegen. Tijdens het onderzoek is bovendien duidelijk geworden dat de verdachte de drone niet voortdurend in het zicht heeft gehad, de drone niet in de follow-me modus heeft gezet en evenmin een waarnemer heeft ingeschakeld. Daarmee zijn ook twee andere voorwaarden voor het vliegen in de open categorie niet nageleefd. [4]
Dit betekent dat er sprake is geweest van een vlucht in de specifieke categorie, waarvoor bij de ILT een vergunning moet zijn aangevraagd en verkregen. [5] De verdachte heeft bevestigd dat dit niet is gebeurd. Het zonder vergunning vliegen in de specifieke categorie is als overtreding strafbaar gesteld. [6] Deze overtreding is gepleegd door de exploitant van de drone; dat is naar verdachtes zeggen het bedrijf [naam van bedrijf], waarvan de verdachte mede-eigenaar is. Als piloot op afstand is de verdachte eveneens in overtreding, omdat er geen exploitatievergunning is waarin de bij de vluchtuitvoering passende vaardigheden van de piloot op afstand zijn omschreven en de verdachte evenmin een vaardigheidsbewijs bij zich had. [7]
In dit verband verdient nog opmerking dat uit de melding naar voren komt dat de verdachte (ook) boven de snelweg [snelweg] heeft gevlogen. Dit is een afzonderlijke overtreding in de open categorie. [8] Weliswaar is sprake van een vlucht in de specifieke categorie, maar deze omstandigheid onderstreept wat de luchtvaartofficier van justitie betreft de ernst van de strafbaarheid van uw handelen.
Een andere door de verdachte gepleegde overtreding geldt ongeacht de categorie waarin is gevlogen. De verdachte heeft zonder vrijstelling of ontheffing gevlogen buiten de daglichtperiode (in het donker). Dat is als een afzonderlijke overtreding strafbaar gesteld. [9]
De exploitant van deze drone – de verdachte heeft verklaard dat zijn bedrijf [naam van bedrijf] dat is – is niet als exploitant geregistreerd bij de RDW en heeft geen nummer aangebracht op de drone. Ook dat zijn strafbare overtredingen. [10] Daarnaast was de verdachte zelf, als piloot op afstand, in overtreding omdat hij geen enkel vliegbewijs had – ook geen vliegbewijs voor het vliegen met deze drone in de open categorie. [11]
Tegenover de politie heeft de verdachte verklaard dat hij de drone (kennelijk voor zijn bedrijf) in 2022 heeft aangeschaft en dat hij in dat jaar ook kennis heeft genomen van de regels. Hij heeft verklaard dat hij beroepsmatig met de drone vliegt, zij het incidenteel. De verdachte is door [een manager] van [voetbalclub] op het laatste moment gevraagd of hij beelden van het vuurwerk bij de wedstrijd kon maken. Daarmee heeft de verdachte ingestemd, ook al wist hij dat hij daarmee overtredingen zou plegen. De verdachte wist dat er geen exploitant was geregistreerd en dat er dus ook geen exploitantennummer op de drone was aangebracht. De verdachte wist ook dat er niet buiten de daglichtperiode mocht worden gevlogen. De verdachte heeft dat desondanks gedaan omdat het ‘een uniek moment’ was.
De gemaakte beelden heeft de verdachte zelf gedeeld op social media. Op de vraag wat de verdachte met het maken van deze beelden heeft verdiend, verklaarde hij dat nog niet was bepaald of hij voor de beelden zou worden betaald. Het doel van de beelden was evenmin bekend. Het viel niet onder het raamcontract dat hij met de voetbalclub heeft.
Beslissing
De politie heeft zich in dit onderzoek gericht op de strafbare gedragingen van de verdachte, hoewel uit het voorgaande volgt dat – mede door zijn toedoen – ook zijn bedrijf overtredingen heeft gepleegd. In aanmerking genomen dat de aanschaf van en het vliegen met de drone met name binnen verdachtes invloedssfeer heeft gelegen en dat inmiddels bijna een jaar is verstreken na de overtredingen, heeft de luchtvaartofficier van justitie besloten zich te beperken tot de door de verdachte zelf gepleegde overtredingen. Deze overtredingen heeft de luchtvaartofficier van justitie meegewogen in de enigszins overkoepelende overtreding van het als piloot op afstand niet naleven van de voorwaarden in de open categorie, terwijl er geen vergunning was afgegeven voor de specifieke categorie.
Het uitgangspunt voor die specifieke overtreding is volgens de Richtlijn voor strafvordering luchtvaartwet- en regelgeving een geldboete van € 250,--. Daarbij is echter opgemerkt dat maatwerk is geboden vanwege de verschillende voorwaarden die kunnen zijn overtreden. Deze zaak is daarvan een voorbeeld, omdat de verdachte boven de 120 meter heeft gevlogen, boven een bijeenkomst van mensen en zonder de drone voortdurend in het zicht te houden.
Daar komt bij dat de context van deze overtreding mede wordt bepaald door andere overtredingen, waarvoor de volgende uitgangspunten zijn geformuleerd:
- het uitgangspunt van € 250,-- voor het vliegen boven een snelweg in de open categorie (als de voorwaarden waren nageleefd);
- het uitgangspunt van € 350,-- voor het vliegen zonder vliegbewijs in de open categorie (als de voorwaarden waren nageleefd);
- het uitgangspunt van € 250,-- voor het zonder vrijstelling of ontheffing vliegen buiten de daglichtperiode.
Gelet op het voorgaande neemt de luchtvaartofficier van justitie het totaalbedrag van € 1.100 als uitgangspunt. In strafverhogende zin weegt mee dat de verdachte sommige overtredingen opzettelijk heeft begaan. Bovendien hebben de overtredingen een commerciële achtergrond: weliswaar is niet gebleken dat de verdachte eraan heeft verdiend, maar hij is wel door een andere partij hiervoor ingeschakeld. De verdachte heeft ook eerder commercieel gevlogen met de drone. In zijn voordeel weegt de luchtvaartofficier van justitie mee dat de verdachte heeft verklaard er spijt van te hebben en alles in orde te zullen maken voor de toekomst. Kort na de overtredingen heeft de verdachte, blijkens de door de luchtvaartpolitie geraadpleegde gegevens, alsnog zijn vliegbewijs voor de open categorie behaald.
Alles afwegende is de luchtvaartofficier van justitie tot de slotsom gekomen dat in dit geval een boete van € 1.250,-- passend en geboden is. Dit is de verdachte als transactie voorgesteld. De verdachte heeft het transactievoorstel aanvaard.
[1] Subsidiair art. 6 lid 1 Regeling onbemande luchtvaartuigen (uitvoeren van vlucht in de open categorie te dicht bij een in gebruik zijnde autosnelweg, autoweg of weg waar een maximale snelheid van 80 kilometer per uur geldt) en art. 8 lid 1 juncto UAS.OPEN.020 lid 4 c.q. UAS.OPEN.040 lid 3 Uitvoeringsverordening 2019/947 (uitvoeren vlucht zonder het vereiste vliegbewijs).
[2] Art. 4 lid 1 aanhef onder c Uitvoeringsverordening 2019/947.
[3] Zie richtsnoer ‘GM1 Article 2(3) Definitions’, bijlage bij besluit 2019/021/R. Deze richtsnoer heeft betrekking op de definitie van bijeenkomsten van mensen in art. 2 lid 3 Uitvoeringsverordening 2019/947.
[4] Art. 4 lid 1 aanhef onder d en e Uitvoeringsverordening 2019/947.
[5] Art. 5 lid 1 Uitvoeringsverordening 2019/947.
[6] Art. 5 lid 1 Uitvoeringsverordening 2019/947 is in art. 3.1
[7] UAS.SPEC.060 lid 1 onder b Uitvoeringsverordening 2019/947 is in art. 3.1 aanhef onder f Regeling uitvoering en handhaving luchtvaartveiligheid eveneens aangewezen als een voorschrift als bedoeld in art. 1.6 Wet luchtvaart.
[8] Art. 6 lid 1 Regeling onbemande luchtvaartuigen.
[9] Art. 18 lid 1 Besluit luchtverkeer 2014, dat als overtreding strafbaar is gesteld via art. 5.5 Wet luchtvaart, art. 33 Besluit luchtverkeer 2014 en art. 11.9 lid 1 aanhef onder b en 4 Wet luchtvaart.
[10] Art. 14 lid 5 en art. 14 lid 8 Uitvoeringsverordening 2019/947, aangewezen in art. 3.1 aanhef onder f Regeling uitvoering en handhaving luchtvaartveiligheid als voorschriften als bedoeld in art. 1.6 Wet luchtvaart.
[11] Art. 8 lid 1 juncto UAS.OPEN.020 lid 4 c.q. UAS.OPEN.040 lid 3 Uitvoeringsverordening 2019/947, aangewezen in art. 3.1 aanhef onder f Regeling uitvoering en handhaving luchtvaartveiligheid als voorschrift als bedoeld in art. 1.6 Wet luchtvaart.