ELOM:2024:005 (Zonder geldig brevet vanuit buitenland)
Beslissing: 9 februari 2024 AP Noord-Holland
Categorie luchtvaartzaak: Kleine bemande luchtvaart
Formele relaties: -/-
Inhoudsindicatie: Ondanks verzachtende omstandigheden transactie voor vliegen zonder geldig brevet.
Beslissing OM
in de zaak tegen een gezagvoerder van een eenmotorig vliegtuig, hierna de verdachte.
Aanleiding onderzoek
Het onderzoek is gestart naar aanleiding van een reguliere controle van de luchtvaartpolitie.
Verdenking strafbaar feit
Overtreding van art. 2.1 lid 1 Wet luchtvaart (bedienen luchtvaartuig zonder geldig bewijs van bevoegdheid)
Feiten en omstandigheden
Op grond van het proces-verbaal van de luchtvaartpolitie kan naar het oordeel van de luchtvaartofficier van justitie worden vastgesteld dat de verdachte samen met zijn vrouw met een eenmotorig vliegtuig [dat in het buitenland is geregistreerd] vanuit [plaats] in het Verenigd Koninkrijk naar vliegveld [plaats in Nederland] is gevlogen. De luchtvaartpolitie was op vliegveld [plaats in Nederland] aanwezig en heeft een algemene controle ingesteld.
Bij deze controle bleek dat de verdachte de gezagvoerder van het vliegtuig was en dat de Single Engine Piston rating van zijn PPL(A) brevet was verlopen. Deze rating was geldig tot 31 augustus 2023. De verdachte schrok daarvan zichtbaar en vertelde dat hij dit helemaal was vergeten. De verdachte dacht dat deze nog tot november geldig was, maar dat bleek zijn Instrument Rating te zijn. De verdachte vertelde desgevraagd dat hij wel met een instructeur had gevlogen, maar dat dit was om current te worden op het type vliegtuig waarmee hij vloog. Het was geen trainingsvlucht die zou worden afgetekend op zijn brevet om dat geldig te houden.
Tijdens zijn verhoor heeft de verdachte verklaard al 25 jaar een brevet te hebben en dat zijn vliegervaring in totaal 670 uur bedraagt, waarvan 26 uur in het laatste jaar. De verdachte verklaarde ook dat zijn vrouw eveneens in het bezit van een brevet was en dat haar brevet wel geldig was. Zij had met andere woorden ook als gezagvoerder kunnen optreden.
Dat neemt niet weg dat op grond van het voorgaande vast staat dat de verdachte een luchtvaartuig heeft bediend zonder geldig bewijs van bevoegdheid, zoals bedoeld in art. 2.1 lid 1 Wet luchtvaart. Dat heeft de verdachte ook volmondig erkend.
Beslissing
Volgens de Richtlijn voor strafvordering luchtvaartwet- en regelgeving geldt als uitgangspunt voor deze overtreding met dit type vliegtuig een geldboete van € 800,--.
De luchtvaartofficier van justitie neemt daarbij in aanmerking dat het een vlucht vanuit het buitenland betrof. Een goede vluchtvoorbereiding is altijd een vereiste, maar daarvoor is des te meer aanleiding bij een vlucht vanuit het buitenland. Anderzijds is in aanmerking genomen dat de verdachte drie dagen na het voorval zijn PPL in England heeft vernieuwd en daarvoor een duurdere verplichte vliegtest heeft moeten afnemen, omdat zijn brevet al verlopen was. De verdachte heeft bovendien lering getrokken uit het voorval: de verloopdata van zijn PPL en medische keuring staan permanent vermeld op het mapje met officiële vliegpapieren.
Alles afwegende is de luchtvaartofficier van justitie tot de conclusie gekomen dat een transactie van € 400,-- een passende reactie is.