Celstraf geëist voor woningoverval Crailoseweg Huizen

Tegen de 42-jarige man uit Almere die op 20 februari van dit jaar probeerde een overval te plegen op een woning aan de Crailoseweg in Huizen, is vandaag een celstraf van 30 maanden geëist, waarvan 20 voorwaardelijk. En hij moet behandeld worden.

De verdachte belde die dag in zijn werkkleding van pakketbezorger aan bij de woning in Huizen. Hij overhandigde een pakket met daarop een brief met de tekst: ‘Blijf rustig, dan gebeurt er niets. In deze doos zit een bom. We gaan nu naar de computer om te internetbankieren.’ Ondanks zijn angst en schrik gaf de bewoner de overvaller een stomp, waarna de overvaller afdroop. Op basis van het signalement kon de politie de man snel daarna in de buurt aanhouden. De verdachte bekende de overval te hebben willen plegen. Het pakket bleek geen explosieven te bevatten.

Op de zitting vandaag werd duidelijk dat de man grote financiële problemen had, die hij zelf niet in staat was op te lossen. Hij typeerde zijn daad dan ook als een schreeuw om hulp, als een stommiteit.  Hij dreigde zijn huis te verliezen, en een vrouw en kinderen zijn afhankelijk van hem. In het verleden is hij gokverslaafd geweest, maar van een stoornis is nu geen sprake meer, aldus de psycholoog. Bepaalde sociale vaardigheden zouden wel  beter ontwikkeld moeten worden, maar de verdachte moet als toerekeningsvatbaar worden gezien.

De officier van justitie had oog voor de problematische omstandigheden van de verdachte, maar stelde daar de ernst van het feit tegenover. Het slachtoffer heeft adequaat gereageerd door de overvaller te stompen, maar hij wist niet dat er geen bom in het pakket zat en vreesde voor zijn leven. Bovendien is de verdachte eerder tot een deels onvoorwaardelijke gevangenisstraf veroordeeld voor drugsgerelateerde feiten op de Nederlandse Antillen. De officier was van mening dat de verdachte inderdaad behandeling moet ondergaan om op een volwassen manier met zijn problemen om te leren gaan, maar vond een deels onvoorwaardelijke celstraf ook op zijn plaats, al zal dit consequenties kunnen hebben voor de baan die de verdachte sinds kort heeft. Alles overwegende eiste ze een gevangenisstraf van dertig maanden waarvan twintig maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en als voorwaarden een meldplicht, behandeling bij De Waag of soortgelijke instelling en meewerken aan schuldhulpverlening. De rechtbank doet over twee weken uitspraak.