Dood en verderf in West-Friesland: overvallenbende hoort strafeis

‘’Roven, bedreigen, mishandelen, martelen, schieten en doden. Dát is waar dit onderzoek over gaat’’, zo begint de officier van justitie het requisitoir, gevolgd door citaten uit de aangiften van de slachtoffers. Daaruit komt een beeld naar voren van mensen die ’s nachts in hun eigen huis werden gedwongen op de grond te gaan liggen, werden vastgebonden, geslagen met een breekijzer, gemarteld met een heet strijkijzer, meegesleurd, geblindeerd, geschopt, gewurgd, en bedreigd met de dood, met wraak of brandstichting. In vier zaken is geschoten, drie maal was het raak, waarvan één keer fataal. Het is een wonder dat er niet meer doden zijn gevallen. Tegen Glenn V. eist het OM een levenslange gevangenisstraf. Ruviëni M. en Deniz R. horen 30 jaar respectievelijk bijna 30 jaar tegen zich eisen, Mark V. 20 jaar. Tegen Dut M. eist het OM 6 jaar met TBS en tegen Martijn G. 3,5 jaar.

Dadergroep in beeld

Na de fatale woningoverval in Berkhout in juni 2021 werd TGO Ararat gestart, een zaak die in uitvoering sterk leek op eerdere overvallen in West-Friesland en waarin mogelijk dezelfde dadergroep actief is. Zo ontstond één grootschalig strafrechtelijk onderzoek: Ararat-Geul. De politie Noord-Holland heeft de dadergroep stap voor stap in beeld gebracht in een 20.000 pagina’s tellend dossier. Daaruit blijkt voor het OM een vaste kern van vier hoofddaders: de 31-jarige Glenn V. uit Noord-Scharwoude, de 27-jarige Deniz R. uit Obdam, de 39-jarige Ruviëni M. uit Rotterdam en de 31-jarige Mark V. uit Opmeer. Zij gingen zo georganiseerd te werk dat het OM hen naast de gewelddadige overvallen ook deelname aan een criminele organisatie verwijt. Enkele malen werd versterking ingeroepen van gelegenheidsdaders. Zo zijn in de onderzoeken Mainz en Ararat zijn respectievelijk de 28-jarige Martijn G. uit Heerhugowaard en de 30-jarige Dut M. uit Alkmaar in beeld gekomen.

Bewijs en samenhang

Het bewijs tegen de verdachten blijkt uit verklaringen van slachtoffers, getuigen en verdachten zelf – al dan niet via heimelijk opgenomen of afgeluisterde gesprekken. Op camerabeelden die in Opsporing Verzocht zijn getoond herkennen verdachten zichzelf of worden herkend door anderen.  Ook onderschepte chatberichten in de telefoons van verdachten dragen bij aan het bewijs (‘vanavond jackpot’, ‘alles is gefixt om te rossen’, ‘die goud moet gecheckt’, ‘ik heb honger’). Op een aangetroffen filmpje in de telefoon van één van de verdachten zijn een automatische vuurwapen, duct-tape en handschoenen zichtbaar. Hun telefoons blijken aan te stralen op locaties en tijdstippen van de overvallen. En er is forensisch bewijs waaruit de samenhang blijkt. Zo is op het wapen dat bij de fatale overval in Berkhout is gebruikt (Ararat) DNA-materiaal van Glenn V. aangetroffen. Het wapen is op basis van schotrestsporenonderzoek ook te koppelen aan de overval in De Goorn (Mainz). De schroevendraaier die is weggenomen bij de overval in Gelderland (Millet) blijft negen dagen later achter bij de overval in Avenhorn (Zwenkau). Ook weer met het DNA van Glenn V. erop. Op tie-wraps waarmee het slachtoffer in Gelderland is vastgebonden, is eveneens DNA van Glenn V. aangetroffen.

Escalerend patroon van dood en verderf

Uit het dossier blijkt steeds eenzelfde werkwijze: Mark V. is de vaste chauffeur van de groep. Hij zet zijn medeverdachten af op een punt dat ze niet zichtbaar zijn voor bewoners, verplaatst de auto zodat de verdachten na de overval weer snel kunnen instappen, en rijdt dan met gedoofde lichten hard weg. Tijdens de overval in Noord-Scharwoude (Willich) zat Mark V. in de gevangenis, het is dan ook niet toevallig dat de daders van deze overval te voet zijn gegaan en gekomen. De woning van Glenn V. in Noord-Scharwoude en de loods in Hoogwoud ziet het OM als sleutellocaties, een soort verzamelpunt van waaruit de overvallen werden gepleegd en waar na afloop vermoedelijk de buit werd verdeeld. Er is sprake van voorverkenningen, gericht op gekozen slachtoffers waar veel geld zou moeten liggen, en meerdere en soortgelijke (vuur)wapens waarmee toenemend geweld op hen wordt uitgeoefend. De officier van justitie: ‘’Wordt iemand vlak langs zijn hoofd geschoten, maakt niet uit. De volgende keer schieten we de bewoner in haar hals. Geschrokken? Nee hoor. De volgende keer  gebruiken we een strijkijzer. Bij de daaropvolgende overval moet de bewoner het met de dood bekopen. Zelfs dat moment levert niet op dat er pas op de plaats wordt gemaakt. Nee, de verdachten gaan weer op pad en schieten in de laatste zaak het slachtoffer in de borst. Hij had niet eens de tijd om van de bank af te komen. Van louter woningovervallen is volgens het OM geen sprake meer toen bleek dat de overvallers bereid waren over lijken te gaan. Het OM ziet deze zaken als een (poging) gekwalificeerde doodslag, omdat de verdachten wisten dat er vuurwapens mee gingen die gericht werden ingezet om te komen tot de buit of de vindplaats daarvan.

Criminele organisatie

De verdachten Ruviëni M., Deniz R., Mark V. en Glenn V. vormden volgens het OM samen een criminele organisatie, met als doel het plegen van gewelddadige woningovervallen. De organisatiestructuur komt naar voren uit telefoononderzoek, waaruit blijkt dat ze in elkaars contactgegevens stonden, elkaar aanduidden met bijnamen en met elkaar chatten in straattaal over het verdienen van geld. Deze vaste kern had een gemeenschappelijk oogmerk, te weten de gewelddadige roofovervallen waarbij de buit centraal stond. De verdachten treffen voorbereidingen, doen voorverkenningen, dragen kennis over de locaties, en nemen bij de overvallen bivakmutsen, duct-tape, tie-wraps, breekijzers en vuurwapens mee. Ze hadden elk hun eigen rol en aandeel: Glenn V. en Deniz R. ziet het OM als de agressievelingen die een vuurwapen bij zich hadden (dat Glenn V. ook gebruikte in Ararat en Mainz). Het OM beschouwt Mark V. als onmisbare schakel. De loods van zijn vader wordt gebruikt als uitvalsbasis voor de overvallen, en hij regelt en bestuurt de vluchtauto’s. Ruviëni M. blijkt de bepalende kracht binnen de groep te zijn. Hij stuurt aan op voorverkenningen en is bepalend voor de agenda: wanneer hij ziek of verhinderd is wordt een overval uitgesteld. Kortom, een organisatie waarin elk van de genoemde personen een voor de organisatie relevante rol vervulde, ieder met z’n eigen expertise, maar met een gelijkelijk verdeelde buit.

Verwoeste levens

De officier van justitie: ‘’Het is niet voor te stellen hoe het moet zijn als je midden in de nacht, door meerdere om geld schreeuwende gemaskerde mannen uit je bed wordt gesleurd, en er daarbij een wapen op je hoofd wordt gezet. Er zijn slachtoffers die nog steeds elke nacht slapen in een gebarricadeerde panic room. Die niet naar buiten durven.  Andere slachtoffers durfden niet meer in dezelfde woning te verblijven – zij zijn verhuisd. Relaties onder hoogspanning, verwoeste levens, dat is de treurige balans voor deze slachtoffers’’.
Alle overvallen zijn in minder dan een jaar gepleegd. Dat de verdachten bij deze overvallen bereid waren om een mensenleven op de koop toe te nemen staat voor het OM vast. De slachtoffers waren slechts een obstakel tussen de verdachten en de buit. In onderzoek Ararat stond de bewoner letterlijk in de weg en heeft dit met de dood moeten bekopen. Het OM rekent het de verdachten ook zwaar aan dat er na de fatale overval nog twee nieuwe overvallen worden gepleegd die eveneens extreem gewelddadig verlopen. De officier: ‘’Werkelijk niets houdt deze verdachten tegen. Sterker nog: het geweld escaleert nog meer. Het slachtoffer in onderzoek Willich wordt namelijk zonder enige daad van verzet in het bovenlichaam geschoten met een semiautomatisch vuurwapen.’’
Ook na Willich bleek de dadergroep paraat om opnieuw toe te slaan. In het najaar van 2021 chatten de verdachten dat er 50.000 euro te verdienen valt: ‘er moet echt wat gebeuren’, ‘ik moet echt geld hebben - veel stress osso’ en ‘de zak is leeg broer’. Vlak voor zijn aanhouding tipt Deniz R. de woning van iemand die met naam genoemd wordt in de chat. Het is dichtbij en die man woont in zijn eentje. Voor het OM bestaat er geen enkele twijfel: alleen hun aanhoudingen hebben voorkomen dat deze verdachten opnieuw slachtoffers hebben gemaakt. 

Strafeisen

Met elke overval ging een schokgolf door West-Friesland: zo veel agressie en geweld, gericht tegen gewone burgers. Wie is het volgende slachtoffer? In korte tijd zijn in georganiseerde verband levens van te veel slachtoffers verwoest, voor sommigen blijvend. De verdachten hebben op geen enkel moment en in geen enkele vorm berouw getoond of verantwoordelijkheid genomen voor hun acties. Integendeel: zij hebben via bedreiging en beïnvloeding geprobeerd getuigen de mond te snoeren.
Het OM eist tegen Martijn G. een gevangenisstraf van 3,5 jaar voor de overval in De Goorn (Mainz) en tegen Dut M. een gevangenisstraf van 6 jaar en TBS voor de fatale overval in Berkhout (Ararat). Tegen Mark V. eist het OM 20 jaar voor zijn aandeel bij de overvallen Mainz, Oberhof, Millet, Zwenkau, Zulpich en Ararat, plus zijn deelname aan de criminele organisatie. Tegen Ruviëni M. eist het OM 30 jaar voor de overvallen Mainz, Millet, Zwenkau, Zulpich, Ararat en Willich, plus zijn deelname aan de criminele organisatie. Tegen Deniz. R eist het OM 29 jaar en 295 dagen voor de overvallen Oberhof, Millet, Zwenkau, Ararat en Willich, plus zijn deelname aan de criminele organisatie. Tegen Glenn V. tenslotte eist het OM een levenslange gevangenisstraf voor de overvallen Mainz, Oberhof, Millet, Zwenkau, Ararat en Willich, plus zijn deelname aan de criminele organisatie.

De rechtbank doet naar verwachting op 27 mei uitspraak.