OM eist celstraffen van 20 jaar in hoger beroep liquidatie Litouwer

De advocaat-generaal (OM) in Den Bosch eiste in hoger beroep hoge celstraffen tegen de vier verdachten van betrokkenheid bij een koelbloedige liquidatie in Huijbergen. Op 22 februari 2014 werd de 37-jarige Gintas Macionis zwaargewond aangetroffen op de oprit van zijn woning.

De man overleed korte tijd later in het ziekenhuis. De moord wordt door het OM gezien als een afrekening in het criminele circuit, vermoedelijk als gevolg van een conflict tussen twee criminele organisaties.

De rechtbank veroordeelde de vier verdachten in 2016 tot gevangenisstraffen: celstraffen van 18 jaar voor de schutter en de twee aanwezige handlangers. Een gevangenisstraf van 9 jaar voor de verdachte die als chauffeur optrad en op de uitkijk heeft gestaan. Alle vier zijn tegen die uitspraak in hoger beroep gegaan. Het OM is in één van de zaken in hoger beroep gegaan. De advocaat-generaal eiste in hoger beroep gevangenisstraffen van 20 jaar tegen de vier mannen die verdacht worden van betrokkenheid bij de liquidatie.

Wat het OM betreft staat vast dat de verdachten nauw en bewust samen hebben gewerkt voorafgaand en na de moord. Zo blijkt uit het onderzoek dat zij veelvuldig telefonisch contact met elkaar hebben gehad in de maanden voorafgaand aan de moord. Uit de bewijsmiddelen blijkt dat de verdachten een duidelijk plan hadden en wisten wat er van hen werd verwacht. Na de moord zouden de verdachten hebben geprobeerd hun sporen uit te wissen. Zo zouden zij de auto die bij de liquidatie werd gebruikt hebben schoongemaakt en navigatiegegevens hebben verwijderd. Het OM meent dan ook dat de verdachten, ongeacht hun rol, het medeplegen van moord te verwijten valt.

De advocaat-generaal beschreef op zitting de impact van de feiten, op de maatschappij maar met name op de nabestaanden van Macionis. “Zijn vrouw moest op 27-jarige leeftijd verder zonder haar man. Voor zijn dochter geldt dat zij haar vader maar een paar jaar heeft mogen meemaken. Voor de toen nog ongeboren zoon van het slachtoffer geldt dat hij zijn vader nooit zal leren kennen.” Het OM verwijt het de verdachten nooit stilgestaan te hebben bij de gevolgen voor deze nabestaanden en meent dat zeer langdurige gevangenisstraffen op hun plaats zijn.