In hoger beroep 15,5 jaar cel geëist voor moord Rosmalense Martie Heesbeen

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft in hoger beroep een gevangenisstraf van 15 jaar en zes maanden, met aftrek van het voorarrest, geëist tegen de nu 27-jarige man die wordt verdacht van de moord op Martie Heesbeen uit Rosmalen. Het slachtoffer werd op 2 december 2014 tijdens het uitlaten van zijn hond op straat doodgeschoten.

Vrijspraak

De rechtbank sprak verdachte in 2016 vrij. Volgens de rechtbank was onvoldoende vast komen te staan dat verdachte de fatale schoten zou hebben gelost. Het OM had een gevangenisstraf  van 16 jaar wegens moord geëist en is tegen de uitspraak in hoger beroep gegaan.

Schoten

Meerdere personen horen die bewuste avond een aantal schoten. Een getuige ziet kort na het horen van de schoten dat een brommer vanuit de richting van de schoten komt gereden en er vervolgens met gedoofde lichten vandoor gaat. Verderop ziet een andere getuige hoe vanuit de richting van de plaats delict een persoon op een scooter gereden komt en die op deze getuige een paranoïde indruk zou hebben achtergelaten. De getuige zegt te hebben gezien dat verdachte deze scooterrijder was.

Onderzoek

De vermoedelijke vluchtscooter wordt later die avond teruggevonden in een park. Het kenteken blijkt gemanipuleerd en alle identificatiemogelijkheden van de scooter zijn verwijderd. DNA-onderzoek aan sporen die op de scooter zijn aangetroffen levert een match op met onder andere het DNA-profiel van verdachte (er is sprake van een DNA-mengprofiel met DNA van meerdere personen). Ook het vuurwapen waarmee het slachtoffer om het leven is gebracht wordt diezelfde avond door een speurhond op de vluchtroute van de scooter gevonden. Op de patroonhouder van dat vuurwapen wordt eveneens een DNA-mengprofiel aangetroffen. In de aangetroffen mengprofielen is het DNA-profiel van verdachte de enige constante factor; de overige, van  onbekenden afkomstige profielen, wisselen. Op de scooter zijn schotresten aangetroffen die overeenkomen met bemonsteringen van het vuurwapen dat werd gebruikt bij de schietpartij. “Alleen verdachte kan aan zowel het vuurwapen als de scooter worden gelinkt. En als een ander dan verdachte de schutter zou zijn dan zou je verwachten dat diens DNA telkens in de bemonsteringen zou zijn terug te vinden”, merkt de advocaat-generaal op.

Moord

In de visie van het OM heeft verdachte een zwak alibi voor het moment waarop de feiten zijn gepleegd. Het alternatieve scenario dat de verdediging schetst, wordt bovendien, naar de mening van het OM, onvoldoende onderbouwd om het belastende bewijs in de zaak te ontkrachten. De advocaat-generaal acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte verantwoordelijk is voor de levensberoving van Heesbeen. “Verdachte heeft gebruik gemaakt van een scooter die niet te herleiden is naar een vorige eigenaar. Verdachte is op deze scooter en voorzien van een vuurwapen de woonwijk ingereden, nog even achter hardlopers blijven rijden en heeft vervolgens meerdere schoten afgevuurd op Martie Heesbeen.  Daar leid ik uit af dat verdachte heeft gehandeld met de voor moord vereiste voorbedachte raad”. Het OM acht moord dan ook bewezen.

In de strafeis heeft het OM rekening gehouden met het feit dat verdachte, zelfs na lange tijd, geen openheid van zaken heeft willen geven. Daarnaast wordt ook rekening gehouden met het tijdsverloop in de zaak.