Reportage symposium Expertisecentrum Luchtvaart: ‘Wij gaan over alles dat vliegt.’

Vechtende passagiers, dronepost voor de gevangenis, positieve blaastesten in de cockpit. Het nieuwe Expertisecentrum Luchtvaart van het OM Noord-Holland heeft aan zaken geen gebrek, zo werd duidelijk tijdens de officiële lancering in Madurodam. Hebben we straks dan elke week een luchtvaartzitting in de rechtbank? Betrokkenen hopen van niet. ‘Je moet met elkaar praten.’

Met Schiphol aan hun voeten kan de setting voor een groepsfoto niet beter. Terwijl toeristen zich vergapen aan replica’s van Paleis Soestdijk, de Domtoren en het Rijksmuseum, posteren OM-medewerkers Katja van Bijsterveldt, Aco Verhaegh, Wouter Halsema en Anissa Ajiou zich achter mini landingsbanen, nagebouwde KLM-kisten en de luchtverkeersleidingtoren in het klein. Tussen de poppetjes achter de ramen van de gates zou je met een beetje fantasie zelfs een paar ordeverstorende passagiers kunnen spotten.

‘Oké, allemaal lachen …’ Klik, klik, klik.

In Madurodam ontkomt het viertal niet aan de schijnwerpers. Samen vormen zij de kern van het nieuwe Expertisecentrum Luchtvaart van het Openbaar Ministerie, dat sinds 1 januari bestaat en deze donderdag in maart officieel wordt gelanceerd op een luchtvaartsymposium in het Haagse miniatuurpretpark. Straks mogen ze ook nog het podium op, om voor het oog van een kleine tweehonderd genodigden uit de luchtvaartsector te vertellen wat ze precies doen. (Kortste versie: ‘Wij gaan over alles dat vliegt.’)

Het Expertisecentrum valt onder het arrondissementsparket Noord-Holland, maar buigt zich over zaken in heel Nederland. Katja van Bijsterveldt heeft als landelijk coördinerend luchtvaartofficier de leiding, Aco Verhaegh is beleidsadviseur en parketsecretaris, adjunct-officier Wouter Halsema doet veel luchtvaartzittingen en Anissa Ajiou complementeert hen als beleidsmedewerker. Gezamenlijk houden zij zich het grootste deel van de week bezig met luchtvaartzaken, variërend van kwesties met drones tot incidenten met passagiers. De luchtvaartportefeuille bestaat al sinds 1984 bij het OM. Gelet op de ontwikkelingen in de luchtvaart en de complexiteit van de luchtvaartregelgeving werd besloten een Expertisecentrum Luchtvaart op te richten. Zo kan de aanpak van zaken verder worden geprofessionaliseerd en kan meer kennis worden geborgd.

Hoofdofficier Digna van Boetzelaer van parket Noord-Holland is dan ook overtuigd van het belang van het Expertisecentrum, vertelt zij bij de aftrap van het symposium. ‘Meer ordeverstorende passagiers, lasers die op vliegtuigen worden gericht, ingewikkelde wetgeving.’ Redenen te over voor een serieuze aanpak door het OM, benadrukt ze, waarbij de vraag is hoe het strafrecht kan bijdragen aan de veiligheid in de lucht. ‘Die veiligheid creëer je met elkaar, met je partners’, zegt Boetzelaer, zich richtend tot de aanwezigen voor haar. ‘Veiligheid begint ook met vertrouwen. En daarvoor moet je elkaar kennen.’

Na het openingswoord volgt onder leiding van dagvoorzitter en (pers)officier Ernst Pols een vragensessie met de vier leden van het Expertisecentrum. Het gaat onder meer over het toenemende aantal drones in de lucht. Beleidsmedewerker Ajiou, knipogend: ‘Iedereen heeft tegenwoordig maar een drone.’ Hobbyisten, die (on)bewust de privacy van buurtbewoners schenden. Of criminelen, die gedetineerden per dronepost van telefoons en drugs voorzien. Dit zal ook terugkomen in de presentatie die de luchtvaartpolitie later geeft. Daarin is te zien dat Amsterdam een dekkingsgraad van bijna honderd procent heeft als het gaat om drones in de lucht. Opmerkelijk, want het grootste deel van de stad is vanwege Schiphol een no-fly-zone. Luchtvaartofficier Van Bijsterveldt: ‘We zouden een dagtaak kunnen hebben aan alle ongewenste drone-activiteiten ...’

Kwesties zijn er genoeg in de luchtvaart. Via Mentimeter mogen de aanwezigen ook zelf hun oordeel geven, als Luchtvaartexpertiseteam hen enkele zaken uit de dagelijkse praktijk voorschotelt. Een piloot die heeft gedronken maar een verder alcoholonderzoek weigert; groepen vechtende Britten aan boord van een ochtendvlucht van Manchester naar Schiphol; een hobbyvlieger die naast de landingsbaan een paaltje ramt, daarmee flinke schade veroorzaakt zijn (geleende) toestel, maar er niks over meldt bij zijn vliegclub.

‘Wat zouden jullie als officier van justitie beslissen, een celstraf, een boete, een stevig gesprek? Zeg het maar.’

Aan de antwoorden op het grote scherm is te zien hoe verschillend soms wordt gedacht over vervolgstappen. De een zou de vechtende Britten maanden de cel in sturen, anderen vinden een boete volstaan. En waar wordt geopperd om de weigerende gezagvoerder te schorsen, benadrukken anderen dat de man misschien wel een flinke teug mondwater had genomen voor zijn positieve alcoholtest. Het illustreert hoe grijs het gebied is waar de luchtvaartofficier en haar team in opereren. Schuld is geen zwartwitkwestie.

Commissaris Bulle Bas

Dit laatste geldt zeker voor mogelijke strafbare feiten door professionals. Iets dat raakt aan een ander belangrijk gespreksonderwerp tijdens het symposium: Just Culture. Dit begrip, dat een grote rol speelt bij de beoordeling van luchtvaartzaken, wordt in de regelgeving gedefinieerd als een cultuur waarin mensen niet worden gestraft voor gedrag dat past bij hun opleiding en ervaring, maar waarin opzettelijke overtredingen en grote nalatigheid niet worden getolereerd. Ofwel, een mensgerichte aanpak waarbij betrokkenen zich in elkaar verplaatsen zonder direct te (ver)oordelen.

Gastspreker Job Brüggen, safety manager bij Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL), kan erover meepraten. Binnen de LVNL heeft zich geleidelijk een interne just culture ontwikkeld, waarbij men transparant durft te zijn over fouten en incidenten op en rond de landingsbanen. Voorheen was dat niet vanzelfsprekend. Dit had ook te maken met een zaak eind jaren negentig, toen twee vliegtuigen op elkaar hadden kunnen botsen doordat vanuit de toren verkeerde instructies waren gegeven. Drie LVNL-medewerkers werden hiervoor vervolgd en veroordeeld door het OM (zonder oplegging van straf). Bij LVNL reageerden ze ontstemd en vonden ze dat niet de medewerkers maar het instituut LVNL vervolgd had moeten worden. In het vervolg zouden ze het OM en justitie wel buiten de deur houden, zo was het idee.

Geleidelijk zouden de verhoudingen echter verbeteren. Volgens Brüggen kwamen ze er bij het LVNL achter dat het OM niet alleen maar bestaat uit ‘commissarissen Bulle Bas die achter elke struik met een bonnenboekje zwaaiden’ en kreeg het OM in de gaten dat de mensen uit de sector geen geharde zakenmannen zijn die in de Bommelstrip zo vaak voorkomen. Dat heeft heel veel goeds gedaan: ‘We begonnen elkaar zowaar een beetje te begrijpen’. Een van de vorige luchtvaartofficieren merkte ooit op dat een ‘goede interne Just Culture ervoor kan zorgen dat de officier van justitie buiten de deur blijft’ en dat men ‘niet benauwd moet zijn om de officier van justitie in te lichten als er een ernstig incident gebeurt.’ Dat is wat LVNL is gaan doen, zegt Brüggen. Als er een ernstig incident plaatsvindt, wordt contact opgenomen met Van Bijsterveldt of Verhaegh. De voorvallen worden ook op de website van LVNL geplaatst. Bekijk de presentatie van Job Brüggen hier.

De cockpit ontgrendelen 

Het verhaal van de volgende gastspreker sluit hierop aan. ‘People don’t come to work to do a bad job’, zegt de Belgische piloot Rudy Pont als hij het podium heeft betreden. Hij is actief lid van de Eurocontrol Just Culture Task Force (evenals OM-medewerkers Katja van Bijsterveldt en Aco Verhaegh) en houdt de genodigden voor dat er ‘niks meer zwartwit is als je er mensen tussen zet’. Iemand bestraffen kan daarom niet het doel op zichzelf zijn. ‘Je kunt niet één iemand hebben die zijn duim omhoog of omlaag doet’, zegt Pont.

Pont vertelt dat zijn vader hem ooit zei dat hij uit de buurt moest blijven van ‘mensen in lange zwarte jassen’. Het zou maar tot narigheid leiden. Het zou bovendien doen vermoeden dat hij zich nu in het hol van de leeuw bevindt, met zoveel togadragers in de zaal. Maar juist daarin schuilt de crux van zijn verhaal. ‘Je moet met elkaar praten’, legt Pont uit. In zijn betoog over just culture vertelt hij ook over de vijf principes van HOP (Human Organizational Performance)  die van belang zijn bij het toepassen van Just Culture. Die vijf principes zijn:

  1. Mensen maken fouten.
  2. Beschuldigen lost niets op
  3. Leren is de sleutel tot verbetering
  4. Context stuurt gedrag
  5. Hoe we reageren is belangrijk

De uitleg van het tweede principe past Pont nadrukkelijk aan op het publiek van het symposium. In plaats van te stellen dat ‘leren en beschuldigen niet samengaan’, stelt Pont dat leren en beschuldigen een kwestie van balanceren is. Achteraf kan het makkelijk zijn een schuldige aan te wijzen na een incident in de luchtvaart, maar is de veiligheid daarmee geholpen? Pont: ‘Neem de Japanse piloot die het verkeerde knopje indrukte waardoor zijn vliegtuig (vol passagiers) bijna op zijn kop kantelde …’ Beging deze gezagvoerder een grove blunder? Of was het misschien goed om in te zoomen op zijn dashboard? Daaruit bleek dat het knopje dat hij per ongeluk indrukte, wel heel erg leek op de knop die hij had willen indrukken om de deur van de cockpit te ontgrendelen.

Kortom, de les van het bijna gekantelde vliegtuig, was misschien wel dat het paneel moest worden aangepast. Niét dat de piloot moest worden gestraft, aldus Pont. Hij vindt het goed dat hierover ervaringen worden uitgewisseld, zoals dat al gebeurt in het Nederlandse casusoverleg. In België is een soortelijk overleg opgezet, waar volgens Pont ‘babystapjes’ worden gezet. Hij hoopt op het Expertisecentrum Luchtvaart van het OM te kunnen rekenen voor het verder uitbouwen daarvan.

Dat sluit aan bij een van de ambities van het Expertisecentrum. De leden van het Expertisecentrum Luchtvaart zijn betrokken bij de activiteiten van onder meer de Just Culture Task Force van Eurocontrol en willen een Europees netwerk opzetten van officieren van justitie die met luchtvaartzaken in aanraking kunnen komen. De uitwisseling van ervaringen helpt bij het bevorderen van Just Culture, zo is de overtuiging. Een andere stap is dat beslissingen van het OM voortaan op de website van het Expertisecentrum Luchtvaart worden gepubliceerd, zowel in het Nederlands als in het Engels.

Het College hecht ook aan deze Just Culture. Dat bleek al uit het feit dat Verhaegh in opdracht van het College aan het promoveren is op dit onderwerp. Maar het werd op het symposium ook bevestigd door procureur-generaal Sue Preenen, die luchtvaart in portefeuille heeft en de vraag kreeg of de oprichting van het Expertisecentrum Luchtvaart past bij de boodschap van het College dat het OM terug moet naar zijn kerntaak. Antwoord: ja.

Het symposium eindigde met borrels en bitterballen. Voor de aanwezigen die elkaar nog niet kenden, een goede gelegenheid om elkaar de hand te schudden. En dat kan nooit kwaad. Want zoals hoofdofficier Digna van Boetzelaer al zei in haar openingswoord: ‘Veiligheid begint met vertrouwen. En daarvoor moet je elkaar kennen.’

Tekst: Fabian van der Poll

Vergroot afbeelding
Beeld: ©OM / OM