ELOM:2024:036 (Bemanningslid onder invloed van alcohol)

Beslissing: 1 augustus 2024 AP Noord-Holland

Categorie luchtvaartzaak: Grote luchtvaart

Formele relaties: Persbericht OM d.d. 25 september 2024

Inhoudsindicatie: Dagvaarding bemanningslid Nederlandse luchtvaartmaatschappij. 

Beslissing OM

in de zaak tegen een bemanningslid van een Nederlandse luchtvaartmaatschappij, hierna de verdachte.
 

Aanleiding onderzoek

Het onderzoek is gestart naar aanleiding van een melding van de Flight Operations Manager, die van zijn bemanningsleden had gehoord dat de verdachte vermoedelijk onder invloed van verdovende middelen en/of alcohol was.

Verdenking strafbaar feit

Overtreding van 2.12 lid 3 aanhef onder a Wet luchtvaart.

Feiten en omstandigheden

Op grond van het onderzoek kan worden vastgesteld dat de verdachte op [datum in het jaar] 2022 als bemanningslid van Nederlandse luchtvaartmaatschappij aan boord was van een vlucht met een in [buitenland geregistreerd] verkeersvliegtuig van Malaga naar Maastricht Aachen Airport.

Dit was voor de bemanning van dit vliegtuig de tweede vlucht van de dag. In de ochtend vond een vlucht plaats van Maastricht Aachen Airport naar Malaga. Deze terugvlucht is omstreeks 13.11 uur geland op Maastricht Aachen Airport.

Omstreeks 14.35 uur heeft de Koninklijke Marechaussee (KMar) bovengenoemde melding gekregen van de Flight Operations Manager. De bemanningsleden waren op dat moment al naar hotel [hotel]. De KMar is met de Flight Operations Manager naar het hotel gegaan. De verdachte zat met een glas bier aan de bar, dat hij op verzoek van de KMar heeft neergezet. De KMar zag dat de verdachte bloeddoorlopen ogen had, dat hij onvast ter been was en dat zijn adem naar alcohol rook. Een drugstest waaraan de verdachte meewerkte, was negatief. Aan de daaropvolgende vordering om mee te werken aan een voorlopige blaastest, wilde de verdachte niet meewerken. De verdachte vond het niet eerlijk, omdat hij in de bar al meerdere biertjes had gedronken. De verdachte voldeed evenmin aan het bevel om mee te werken aan een ademanalyse, ook niet nadat de verdachte werd medegedeeld dat weigering een misdrijf oplevert. Na aanhouding en overbrenging naar de Brigade Limburg Zuid heeft de hulpofficier van justitie de verdachte opnieuw een bevel tot medewerking aan de ademanalyse gegeven. De verdachte weigerde opnieuw. De verdachte heeft later medewerking verleend aan een bloedonderzoek.

Uit het bloedonderzoek is naar voren gekomen dat het alcoholgehalte van de verdachte aan het eind van de terugvlucht minimaal 1,4 mg/ml en maximaal 2,2 mg/ml was. Bij deze geschatte concentraties kunnen bij een gematigd gebruiker onder andere de volgende effecten optreden: gedragsveranderingen, duidelijke dronkenschap, significante verslechtering van lichaamsfuncties, misselijkheid en braken en niet zelfstandig kunnen staan.

Overwegingen omtrent het bewijs

Het bloedonderzoek weerspreekt de verklaring van de verdachte dat hij negen uur voor de (heen)vlucht één bier heeft gehad en tijdens de vluchten geen alcohol heeft genuttigd.

Beslissing

De strafvorderingsrichtlijn gaat bij alcoholgebruik van een bemanningslid tussen de 1,39 en 1,45 mg/ml uit van een geldboete van € 1.900,--. Het minimale alcoholgehalte van de verdachte was 1,4 mg/ml, maar dat was na een heenvlucht (van 6.38 uur tot 9.16 uur) én de terugvlucht (10.33 tot 13.11 uur). Dat zou normaal gesproken leiden tot een strenger uitgangspunt, in de vorm van een gevangenisstraf. De luchtvaartofficier van justitie heeft echter rekening gehouden met het feit dat de verdachte in Slowakije woont en met zijn draagkracht. De verdachte is ontslagen door de luchtvaartmaatschappij en heeft inmiddels ander werk.

Na een en ander te hebben afgewogen, is op 25 april 2023 een transactievoorstel van € 1.500,-- aangeboden aan de verdachte. Aan het transactievoorstel is niet voldaan. De verdachte is vervolgens gedagvaard.

Luchtvaartzitting 24 september 2024

Bij de voorbereiding van zitting heeft de officier van justitie geconcludeerd dat uit het dossier niet is gebleken dat een zo spoedig mogelijke mededeling van het resultaat van het bloedonderzoek aan verdachte heeft plaatsgevonden. Gelet op de jurisprudentie van de Hoge Raad (ECLI:NL:HR:2010:BM4412) kan het resultaat van het bloedonderzoek naar het oordeel van de officier van justitie derhalve niet voor het bewijs gebezigd worden. Subsidiair werd daarom aan de tenlastelegging toegevoegd dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan overtreding van art. 11.6 lid 2 Wet luchtvaart (ondanks een bevel geen medewerking verlenen aan een ademonderzoek).  

De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot een geldboete van € 1.500,--.

De rechter veroordeelde de verdachte ter zake van het subsidiaire feit (art. 11.6 lid 2 Wet luchtvaart) tot een geldboete van € 1.500,-- waarvan € 500,-- voorwaardelijk met een proeftijd van 1 jaar.

De verdachte heeft hoger beroep aangetekend.