OM: gebruik dienstwapen door aanhoudingseenheid in Schiedam was rechtmatig

De leden van een aanhoudingseenheid die op 30 mei vorig jaar in Schiedam op een man hebben geschoten, hebben rechtmatig gehandeld. Tot deze conclusie komt het Openbaar Ministerie (OM) na een onderzoek door de Rijksrecherche. De politiemensen hebben uit noodweer gehandeld.

Op 30 mei 2018 kwam er een melding bij de politie binnen dat er op het balkon van een flat in Schiedam een man met een mes of hakbijl stond te zwaaien. De man wekte op de politieagenten de indruk dat hij zichzelf iets aan wilde doen. De man was niet aanspreekbaar. Er is een  aanhoudingseenheid ter plaatse gekomen, die met een diensthond de flatwoning binnen getreden is. De man stak vervolgens met het mes op de diensthond in, en maakte stekende bewegingen in de richting van de leden van de aanhoudingseenheid. Nadat inzet van een taser niet het gewenste effect had en de man met het mes bleef zwaaien,  is door drie leden van de aanhoudingseenheid op de man geschoten. Hij is hierbij gewond geraakt en later aan zijn verwondingen overleden.

De Rijksrecherche heeft, zoals gebruikelijk, een onderzoek ingesteld naar het gebruik van het dienstwapen. Omdat twee leden van de aanhoudingseenheid werkzaam zijn bij de Koninklijke Marechaussee (KMar), is het Rijksrecherche onderzoek gedaan onder leiding van het OM in Oost Nederland.

Het OM is van oordeel dat de leden van de aanhoudingseenheid een beroep kunnen doen op noodweer. De man moest, gezien zijn gemoedstoestand en de dreiging die van hem uitging - voor zichzelf en voor anderen -  onder controle worden gebracht. Daarbij hebben de leden van de aanhoudingseenheid het geweld tegen de man opgebouwd. De diensthond is pas ingezet nadat de man niet reageerde op aanspreken. Er is pas geschoten nadat andere methoden, zoals de taser, geen effect sorteerden, waarbij bovendien laag op het lichaam van de man is gericht.

Alles afwegende is het OM van oordeel dat de leden van de aanhoudingseenheid een beroep kunnen doen op noodweer. Er wordt daarom geen strafvervolging tegen hen ingesteld. De nabestaanden van de man en de betrokken politiemensen zijn van deze beslissing in kennis gesteld.