OM eist gevangenisstraf tegen oud-bestuurder van twee stichtingen

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft vandaag in de rechtbank in Zwolle een gevangenisstraf van tien maanden geëist vanwege valsheid in geschrift tegen een 74-jarige man uit de gemeente West Betuwe. Het OM verwijt de verdachte feitelijk leiding geven aan het vervalsen van bedrijfsadministraties van twee stichtingen van hem waarmee omzetbelastingfraude werd gepleegd. De onderzochte periode betreft van medio 2011 tot en met 2016 en het fiscale nadeel zou volgens het OM neerkomen op ruim 145.000 euro.

Zusjes

Het strafrechtelijk onderzoek startte in 2016 naar aanleiding van een boekenonderzoek door de Belastingdienst. De twee stichtingen zouden professionele ondersteuning aan bewoners in seniorencomplexen bieden. De stichtingen, die volgens het OM ook wel zusjes werden genoemd in de woorden van verdachte, deden op papier inkopen bij een aantal ondernemingen die in zekere zin onderdeel van dezelfde familie waren. De verdachte was namelijk direct of indirect bij deze ondernemingen betrokken, aldus de officier. De “zusterlijke” stichtingen ontvingen de facturen, brachten de kosten daarvan in aftrek en vroegen de in rekening gebrachte BTW terug bij de Belastingdienst. Volgens de officier is met deze facturen gerommeld: “ze zijn niet altijd terug te vinden in de administratie van de facturerende partij en zijn zelden daadwerkelijk betaald terwijl de teruggaaf BTW daar niet op wordt aangepast.” In totaal zou het volgens het OM gaan om valse 17 facturen. Zo zou de inhoud vals zijn want de genoemde diensten waren niet geleverd. Ook waren de facturen volgens het OM onvoldoende en/of onjuist omschreven en hadden ze ook (deels) betrekking op privé- en niet uitsluitend op zakelijke aangelegenheden.

Eindverantwoordelijk

Verdachte richtte beide stichtingen op en was tot en met 30 juni 2014 feitelijk en formeel bestuurder. Na zijn formele aftreden was hij gebleven en zou volgens het OM uit diverse verklaringen blijken dat hij eindverantwoordelijke was. De officier: “Dat is het beeld van verdachte als oprichter en dominante bestuurder, tevens grootste financiële belanghouder in de ondernemingen en die als buurman van de stichtingen dagelijks – ook na zijn aftreden – zich vergaand blijft bemoeien met het reilen en zeilen van de onderneming, waaronder in het bijzonder ook de administratie. Voor de valsheden in die administratie draagt verdachte dan ook de volle verantwoordelijkheid.”

Ernst van de zaken en strafmaat

Fraude kan het vertrouwen in het handelsverkeer ondermijnen. Daarnaast is valsheid in geschrift in zichzelf reeds een ernstig feit. Immers, in het maatschappelijk verkeer moet je uit kunnen gaan van de juistheid van geschriften. De officier vindt dat het duidelijk is dat er over een langere periode meerdere keren het besluit is genomen facturen en daarmee de bedrijfsadministratie te vervalsen. Ook zou de fraude niet op eigen beweging zijn geëindigd. “In tegendeel: er is op de valse bedrijfsadministratie voortgeborduurd in de vorm van onjuiste aangiften omzetbelasting en vervolgens ook bij de beantwoording van vragen van de Belastingdienst tijdens het boekenonderzoek. Achteraf zijn ook nog eens aanvullende schimmige overeenkomsten geproduceerd, ter stutting van het administratie luchtkasteel toen dat kritisch werd onderzocht. Dat zijn bijzonder kwalijke en strafverzwarende omstandigheden.”, aldus de officier. Het OM heeft het nadeel berekend in de vorm van de misgelopen belastinginkomsten op ruim € 145.000. Een fors bedrag dat uiteindelijk ten laste zou komen van de gemeenschap, de belastingbetaler. Voor deze feiten eist de officier tegen de verdachte een gevangenisstraf voor de duur van tien maanden. 

De rechtbank doet naar verwachting op 24 september uitspraak.