36 maanden cel geëist voor handel in sanctie- en dual-use goederen naar Rusland

Vandaag behandelde de rechtbank Rotterdam de eerste sanctiezaak over onder meer de export van verboden goederen naar Rusland sinds de aanvang van de oorlog tussen Rusland en Oekraïne eind februari 2022. De verdachte en zijn bedrijf hebben volgens het OM de sanctieregels overtreden en ook omzeild door een schijnconstructie op te tuigen en valse facturen op te maken waardoor het leek alsof de verkochte goederen niet naar Rusland gingen maar naar onder meer de Malediven. Het OM eist een gevangenisstraf van 36 maanden tegen verdachte en een geldboete van 350.000 euro tegen zijn bedrijf.

Microchips en andere kleine elektronische onderdelen

Strafrechtelijk onderzoek heeft uitgewezen dat de omzet van het bedrijf van verdachte flink is toegenomen sinds de aangescherpte sancties tegen Rusland. Het grootste deel van de ontvangen gelden is afkomstig van een Russisch bedrijf en er is geen enkele overboeking vanuit de Malediven te zien. Het gaat om 20 zendingen in nog geen drie maanden tijd en 11 type gesanctioneerde goederen, hoogwaardige exclusieve producten (kleine elektronische onderdelen), waaronder microchips, met een omzetwaarde van meer dan een miljoen dollar. Precies dit type goed, dat door verdachte en diens bedrijf aan Rusland is verkocht en verzonden, is aangetroffen in Oekraïne in vernietigde of inbeslaggenomen Russische raketten, radarsystemen en militaire voertuigen op het slagveld in Oekraïne. Naast microchips zou verdachte volgens het OM ook andere goederen, zoals een geavanceerde drone met extra warmtebeeldcamera, aan Rusland verkocht hebben.

Sanctie- dual-use goederen

Het gaat in deze zaak om sanctie- en dual-use goederen, kort gezegd: verboden goederen. Dual-use goederen kunnen zowel een civiele als militaire bestemming hebben en daarom moet daarmee extra voorzichtig worden omgegaan voor wat betreft de internationale handel hierin. Uit het onderzoek blijkt onder meer dat de eindbestemming van de goederen een fictief Oekraïens bedrijf was, dat verdachte met een webdesigner had opgezet. In werkelijkheid gingen de goederen naar een bedrijf in Rusland.

Beperkende maatregelen tegen Rusland

Sinds maart 2014 heeft de Europese Unie (EU) geleidelijk beperkende maatregelen ingesteld tegen Rusland. De maatregelen moe(s)ten de economische basis van Rusland verzwakken. Het land wordt zo afgesneden van kritieke technologieën en markten, zodat het onder meer minder gemakkelijk oorlog kan voeren. Op 25 februari 2022 werden de eerste aanvullende sancties ingesteld als reactie op de aanval door Rusland begin dat jaar. Later zouden nog vele aanvullende sanctiepakketten volgen. Er kunnen verschillende soorten sancties worden opgelegd door de EU: financiële sancties, handelsbeperkingen, wapenembargo’s en reis- en visumbeperkingen. In deze zaak gaat het om de overtreding van opgelegde handelsbeperkingen.

Gevolgen strafbare feiten voelbaar voor de mensen in oorlogsgeweld

“De oorlog heeft vanzelfsprekend veruit de grootste gevolgen voor de Oekraïense bevolking. Tienduizenden doden en miljoenen vluchtelingen. Mensen – oud en jong - die huis en haard moeten ontvluchten en naast soldaten ook vele burgerslachtoffers. Maar ook in andere landen, en in Nederland, ondervinden we de gevolgen.

De verdachte heeft zowel de internationale regelgeving als de nationale wetgeving naast zich neergelegd. Hiermee heeft verdachte het met de sancties beoogde doel – het opvoeren van de druk op de Russische regering en economie en  het beperken van de middelen van het Kremlin voor agressie - welbewust en op brutale wijze genegeerd. Daardoor wordt de internationale rechtsorde in ernstige mate ondermijnd en heeft hij welbewust bijgedragen aan het in stand houden van de geweldshandelingen gepleegd door Rusland tegen het Oekraïense leger maar vooral ook tegen de burgerbevolking.”, aldus de officier.

De officier vraagt zich af: “Was het handelen van deze verdachte een druppel op de gloeiende plaat, speelde hij met zijn eenmanszaak een rol in de marge of leverde hij wel degelijk een substantiële bijdrage aan het in stand houden van de oorlog?” Het doet er volgens haar eigenlijk niet zo veel toe, grote zaak of kleine zaak. De gevolgen van deze strafbare feiten zijn altijd voelbaar voor de mensen in het oorlogsgeweld. De exacte bijdrage van verdachte aan het in stand houden van Ruslands mogelijkheden om oorlog te voeren kunnen wij tenslotte niet vaststellen. Wel meent de officier te kunnen concluderen dat deze zaak meer behelst dan een kleine ondernemer die probeerde wat extra geld bij te verdienen.

Strafeis

Voor zover het OM heeft kunnen nagaan is dit de eerste strafzaak waarin aan de strafrechter overtredingen van de Russische sancties worden voorgelegd sinds de oorlog.

De verdachte in deze zaak was volgens het OM veel meer dan slechts een zakenman die zijn inkomsten kwijt was door de sancties en noodgedwongen op deze manier geld moest blijven verdienen. “Dit was een welbewust plan. Een plan dat al in 2014 is opgezet. En toen hij werd aangehouden en het hem te heet onder de voeten werd, had hij voldoende mogelijkheden om zich weer in Rusland te vestigen”, aldus de officier.

De officier is dan ook van mening dat een gevangenisstraf van 36 maanden met aftrek van de voorlopige hechtenis hier op zijn plaats is. Tegen het bedrijf eist zij een geldboete van 350.000 euro.

Er is een bevel voorlopige hechtenis van kracht dat op dit moment niet ten uitvoer kan worden gelegd omdat verdachte zich aan de tenuitvoerlegging daarvan onttrekt. Dat bevel dient wat het OM betreft onverminderd van kracht te blijven.

Het OM heeft de rechtbank ook gevraagd over te gaan tot het ontnemen van wederrechtelijk verkregen voordeel.

De rechtbank doet op 31 oktober uitspraak in de strafzaak en op 28 november in de ontnemingszaak.