OM in Marengoproces: inzet uitzonderlijk hoog

Het Openbaar Ministerie is woensdag begonnen aan het requisitoir in het strafproces Marengo. Er zijn 10 dagen voor het requisitoir gepland. Woensdagmorgen stonden de officieren van justitie eerst stil bij de slachtoffers van de moorden. “De inzet van deze strafzaak is voor de nabestaanden, andere slachtoffers en verdachten uitzonderlijk hoog.”

De Inleiding

Vandaag begint het OM met het requisitoir in Marengo. Alle zeventien verdachten zijn in de zittingzaal aanwezig. Normaal gesproken zou de zaal, nu het gaat om een reeks van moorden, ook vol zitten met nabestaanden. Dan zou hun verdriet zichtbaar en voelbaar zijn. Niet alleen voor de buitenwereld, maar ook - en vooral - voor de verdachten.

Maar de stoelen waarop de nabestaanden normaal gesproken zouden zitten, zijn vandaag leeg. En die stoelen zullen gedurende het requisitoir leeg blijven. Want er is geen enkele nabestaande die het heeft aangedurfd om in de zittingzaal bij het requisitoir  aanwezig te zijn. Er is geen enkele nabestaande die zelf het spreekrecht durft uit te oefenen. Zij zullen u niet vertellen wie hun vader, broer, zoon of geliefde was, wat hij voor hen heeft betekend en hoe hij nog steeds wordt gemist.

Vandaag zullen wij daarom aan het begin van ons requisitoir stilstaan bij de slachtoffers van de moorden.

Ronald Bakker, getrouwd en vader van volwassen kinderen, kwam thuis na een dag werken. Hij is doodgeschoten op het moment dat hij zijn auto parkeerde voor zijn woning. Zijn vrouw zat nietsvermoedend binnen. Zij hoorde een motor voorbij rijden, keek uit het raam en zag haar man in de auto zitten. Ronald Bakker was 59 jaar oud toen hij werd vermoord.

Samir Erraghib, getrouwd en vader, was die zondagochtend met zijn dochtertje in de auto gestapt om haar naar koranles te brengen, zoals hij iedere week deed. Op dat moment werd hij van dichtbij doodgeschoten. Zijn 7-jarig dochtertje zat naast hem in de auto. Samir Erraghib was 36 jaar oud toen hij werd vermoord.

Abderrahim Belhadj wist al een tijdje dat er een dreiging op zijn leven was. Hij werd door een vriend met een smoes naar de flat Kikkenstein in Amsterdam Zuidoost gelokt. Op de galerij van deze flat stond de schutter hem op te wachten. Belhadj probeerde nog weg te komen en rende weg. De schutter rende achter hem aan en heeft hem vervolgens met meerdere schoten van dichtbij doodgeschoten. Abderrahim Belhadj was 29 jaar oud toen hij werd vermoord.

Ranko Scekic, getrouwd en vader van jonge kinderen was in de tuin bezig met het hok voor het konijn van zijn dochtertje, toen er werd aangebeld. Hij liep naar buiten, de straat op. Zijn dochtertje liep nog met hem mee naar buiten, maar werd gelukkig door haar moeder teruggeroepen. Terwijl hij op straat liep met een bekende werd hij, vlakbij zijn woning, van dichtbij doodgeschoten. Ranko Scekic was 45 jaar oud toen hij werd vermoord.

Martin Kok wist al langere tijd dat hij op een dodenlijst stond. De eerste keer was er een bom onder zijn auto geplaatst. Die bom werd op tijd ontdekt. Daarna werd geprobeerd om hem in Amsterdam op straat dood te schieten, nadat hij naar een hotel was gelokt. Ook dat mislukte. Uiteindelijk is hij in Laren, zittend in zijn auto, de autosleutels nog in zijn hand, van dichtbij doodgeschoten. Martin Kok was 49 jaar oud toen hij werd vermoord.

Hakim Changachi kwam thuis na een avond uit met vrienden. Hij werd in de portiek van de flat waar hij woonde bij vergissing doodgeschoten, omdat de schutters hem voor Hmidat aanzagen. Hij was net getrouwd. Zijn vrouw was in verwachting van hun eerste kindje. Hakim Changachi was 31 jaar oud toen hij werd vermoord.

De moorden hebben een onuitwisbare indruk op de nabestaanden gemaakt. Vrouwen,  kinderen, familieleden en vrienden van de slachtoffers zullen voor de rest van hun leven het immense en onherstelbare leed dragen. Deze kille moorden hebben gevoelens van angst en onveiligheid veroorzaakt en hebben de rechtsorde ernstig geschokt. De moorden zijn op openlijke plekken gepleegd, voor de ogen van omstanders en soms zelf voor de ogen van hun eigen familie.

Naast deze zes moorden gaat het in het requisitoir ook over pogingen tot moord en voorbereidingshandelingen voor moord.

Zwijgplicht

Het onderzoek naar deze feiten verliep lange tijd moeizaam vanwege de strikte zwijgplicht die in dit criminele milieu wordt gehanteerd. Wie deze zwijgplicht doorbreekt, heeft te vrezen voor represailles: “wie praat, die gaat”. Het motief voor de meeste opdrachten tot moord in Marengo is dan ook precies dat: wraak, omdat er was gepraat of om te voorkomen dat er zou worden gepraat.

De verklaringen van B. zijn bij het onderzoek naar de moorden en pogingen daartoe van groot belang geweest. Voordat hij zijn verklaringen had afgelegd, was het soms wel gelukt om de schutters aan te houden, maar andere betrokkenen bleven grotendeels buiten beeld. De verklaringen van B. gaven echter zicht op de wereld achter deze moorden. Uit zijn verklaringen bleek dat deze reeks van moorden was gepleegd door één en dezelfde organisatie. Verder bleek dat er nog anderen op de lijst stonden om door deze organisatie vermoord te worden. De verklaringen van B. gaven zicht op de opdrachtgever van deze moorden, op de personen die de opdrachten tot moord hadden aangenomen en doorgezet en op de personen die de moorden mogelijk hadden gemaakt. Zijn verklaringen vormden de start van het onderzoek Marengo.

PGP-berichten

Naast de verklaringen van B. is een enorme hoeveelheid PGP-berichten van de verdachten in het dossier gevoegd. Die PGP-berichten geven een inkijkje in de wijze waarop de verdachten met elkaar over moorden en slachtoffers spraken. In die berichten gaat het over “honden” die moeten gaan “slapen”. De berichten laten zien met welk gemak de verdachten bereid zijn over te gaan tot het plegen van moorden. De berichten geven een onthullend en ontluisterend beeld van hoe deze verdachten over tegenstanders denken en praten, en hoe weinig een mensenleven voor hen betekent. 

Verwoestende machtsstructuur

Het onderzoek Marengo toont de verwoestende kracht van de machtsstructuur die achter die strafbare feiten schuilgaat. Een machtsstructuur die al bestond voor 26Marengo, zoals blijkt uit onderzoek 26Koper. Een machtsstructuur die ook na Marengo is doorgegaan, zo heeft het onderzoek Eris duidelijk gemaakt. In Marengo wordt een relatief korte periode uitgelicht, tenlastegelegd als een criminele organisatie met name gericht op het plegen van moorden.

In een periode van iets meer dan zeventien maanden zijn zes mannen vermoord (nadat dat bij sommige van die mannen al eerder was geprobeerd) en is geprobeerd om nog eens zeven andere mannen te vermoorden. Die aantallen zijn onvoorstelbaar. Als alles was gelukt, dan was dat bijna één dodelijk slachtoffer per maand geweest.

Essentiele schakels

Dat er in zo‘n korte tijd zoveel moorden werden gepleegd en voorbereid, was mogelijk omdat iedereen in de organisatie zijn rol vervulde. Schutters konden hun slachtoffers vermoorden, omdat de verdachten er met elkaar voor zorgden dat er wapens en vluchtauto’s waren, dat er een woning was vanuit waar de schutters konden vertrekken of na afloop konden schuilen. Dat er telefoons waren waarmee men afgeschermd kon communiceren. Dat er geld was om de benodigde spullen mee te kopen en om uitvoerders mee te betalen. Dat de bewegingen van het slachtoffer in kaart werden gebracht. Dat de benodigde goederen en het benodigde geld werden gebracht naar waar dat nodig was. Elk van deze handelingen vormde een essentiële schakel in het bereiken van het doel: het vermoorden van het slachtoffer.

Als Marengo iets duidelijk heeft gemaakt, dan is het dat deze handelingen, op het eerste oog misschien onschuldiger, net zo onmisbaar voor een geslaagde moord zijn als het overhalen van de trekker. Daarmee draagt elk lid van de organisatie dus ook de volle verantwoordelijkheid voor wat uit naam van de organisatie is gebeurd. Wat dat betreft bestaat er dus geen onschuldige of onbeduidende bijdrage.

Kroongetuige

In Marengo vervolgt het OM niet alleen uitvoerders en tussenpersonen van moorden, maar ook de opdrachtgever daarvan. Daarmee raakt Marengo aan de kern van de machtsstructuur – dezelfde machtsstructuur die ook is terug te zien in 26Koper en Eris.

In deze inleiding past ook een korte beschouwing op de rol van B. Nabil B. is kroongetuige maar hij is ook een verdachte. Zijn motieven om zich in januari 2017 te melden bij politie en justitie waren ingegeven door eigenbelang. Hij behoorde tot het zwaarste criminele milieu, net als de andere verdachten.

Het verschil is dat B. de stap naar politie en justitie heeft gezet en openheid van zaken heeft gegeven. Die openheid heeft geleid tot zijn eigen aanhouding en de aanhouding en vervolging van de zestien verdachten die vandaag in de zittingszaal zitten. Die verdachten zijn samen met hem betrokken geweest bij de reeks van moorden die wij gaan bespreken. B. heeft niet alleen over de rol van anderen verklaard, hij heeft ook verklaard over zijn eigen aandeel in de moorden. De openheid van B. staat in schril contrast met de zwijgende houding van het overgrote deel van de andere verdachten.

B. heeft een hoge prijs betaald voor zijn stap naar politie en justitie. Zijn broer, advocaat en vertrouwenspersoon zijn vermoord. Drie moorden waarmee de nabestaanden groot leed is aangedaan. Drie moorden die Nederland hebben geschokt en waarvan de gevolgen voor velen nog dagelijks voelbaar zijn, ook in het Marengo proces.

De komende weken is het woord aan het OM. Wij zullen onze zienswijze geven op het strafdossier en het aandeel van de verdachten in de strafbare feiten. Het is een omvangrijk en gedetailleerd requisitoir. Veel juridische punten vragen om een beschouwing. En doordat de verdachten overwegend zwijgen of ontkennen, is het onontkoombaar dat we diep moeten ingaan op de bewijsmiddelen. Wij vragen daarom uw geduld en begrip. De inzet van deze strafzaak is voor de nabestaanden, andere slachtoffers en verdachten uitzonderlijk hoog.