In hoger beroep tot zes jaar cel en TBS geëist tegen vader en stiefmoeder voor poging doodslag en mishandeling

De advocaat-generaal (OM) in Den Haag eiste dinsdag een gevangenisstraf van vijf jaar tegen de vader, en een gevangenisstraf van zes jaar en TBS met dwangverpleging tegen de stiefmoeder, van een inmiddels 14-jarig meisje uit Roelofarendsveen. De vrouw wordt verdacht van poging doodslag en zware mishandeling van haar destijds 12-jarige stiefdochter. De vader van het meisje wordt eveneens verdacht van zware mishandeling. Ook de oudere broer van het meisje is volgens het OM gedurende langere tijd door het stel mishandeld.

De (stief)ouders werden in 2016 door de rechtbank in Den Haag veroordeeld tot een gevangenisstraf van achttien maanden (vader) en een gevangenisstraf van drie jaar (stiefmoeder). De officier van justitie had gevangenisstraffen van respectievelijk zeven jaar en zes jaar met TBS met dwangverpleging geëist. Zowel het OM als de verdachten, die stellen ten onrechte te zijn veroordeeld, konden zich niet vinden in die uitspraak en stelden hoger beroep in.

Het hoger beroep van het OM richt zich met name tegen de vrijspraak van poging doodslag en de vrijspraken van de ten laste gelegde samenwerking tussen de (stief)ouders. Uit het onderzoek blijkt dat beide kinderen gedurende langere tijd door hun stiefmoeder zijn mishandeld. In de visie van het OM is de vader medepleger van de ten laste gelegde feiten, omdat hij op geen enkel moment heeft ingegrepen.

Uit het onderzoek blijkt dat het meisje op 15 februari 2015 door haar stiefmoeder naar bed werd gestuurd in een veel te koude ruimte. Het meisje had daarbij geen beddengoed tot haar beschikking. Dit terwijl zij al ruim een week in zeer slechte fysieke conditie verkeerde. Die volgende ochtend zou het meisje vrijwel levenloos zijn aangetroffen door haar stiefmoeder. De verdachte schakelde pas enige tijd later medische hulp in. Wat betreft het OM heeft de verdachte zich daarmee schuldig gemaakt aan een poging tot doodslag, daar ook het passief blijven waar handelen om de dood te voorkomen juridisch als zodanig kan worden aangemerkt.

Daarnaast is het OM het niet eens met de hoogte van de door de rechtbank opgelegde straffen: die staan wat betreft de advocaat-generaal onvoldoende in verhouding tot wat de kinderen gedurende jaren hebben moeten ondergaan en de gevolgen die zij daarvan hebben ondervonden. Volgens het Pieter Baan Centrum lijdt de stiefmoeder aan een gebrekkige ontwikkeling en een narcistische persoonlijkheidsstoornis. Omdat de advocaat-generaal de kans op herhaling groot acht, eist zij naast een gevangenisstraf TBS met dwangverpleging tegen de verdachte. Bij de vader is geen stoornis vastgesteld; om die reden is tegen hem enkel een gevangenisstraf geëist.

Context
Het meisje werd op 16 februari 2015 per ambulance naar het ziekenhuis in Leiden vervoerd nadat zij een hartstilstand zou hebben gehad. In het ziekenhuis aangekomen bleek dat zij een extreem lage lichaamstemperatuur van 23 graden Celsius had. Waarschijnlijk was deze zware onderkoeling ook de oorzaak van haar hartstilstand. Het slachtoffer werd een aantal dagen kunstmatig in coma gehouden en wist zich in de tijd daarna te herstellen.